Door Jaap van Meerkerk & Carel Keller

Aanvankelijk was dit stuk één geheel. Jaap heeft Carel gevraagd mee te kijken, aan te vullen en te corrigeren. Dat heeft hij naar harte lust gedaan vooral in wat daarna deel 1 is geworden.

Omdat Jaap naast een potje schaak tegen Jan de Graaf, ook via het verenigingsbestuur en de jeugdcommissie veel met Jan heeft samengewerkt is deel 2 in de ik-vorm gebleven. Carel heeft in die periode na de Goede Herderkerk Jan als lid van SWR gekend en dus ook regelmatig tegen hem geschaakt.

In twee delen. Vandaag deel I. Volgende week deel II.

Jaap van Meerkerk

Deel 1: Herinneringen aan schaakvereniging Schiebroek en Schiebroek/Westen-Regina

Schiebroek was de naam van de enige schaakvereniging van deze gelijknamige wijk. Carel Keller en ik gingen er in de jaren zestig als (korte) broekies van 12 naar toe. De heer van P. van Lien (zo herkenbaar met die ene tand) hield op een recyclingkladblaadje met een BIC-balpen de standen bij van de huishoudelijke competitie. We speelden volgens het Keizersysteem. Jan van Rijn stond altijd eenzaam hoog, voor ons onbereikbaar. Nog hoger stonden de broers Ben en John Riksen. De duistere diepe gewelven van de Goede Herderkerk , het gebouw met die doolhof aan spannende gangen en trappen, was het onderkomen van onze schaakclub Schiebroek.

J.L Dijkers was secretaris en schreef vaak, net als Arie de Jong nu, vaak in zijn eentje het clubblad “Het Geschut” vol. Ook was hij de bedenker van het “eierentoernooi”, doorgaans aan het einde van het jaar. Hoe meer punten hoe meer eieren. G. Olsthoorn, eigenaar van een kapperszaak op de Peppelweg, was voorzitter. In de Goede Herderkerk speelden we in twee tegenover elkaar liggende bunkers, betonnen gewelven, die ook dienst deden als schoollokalen, en waar de jeugdkerk van de Hervormde Kerk ’s zondags de kinderen een eigen dienst voorschotelde. Ik speelde er wel eens op de piano.

Ik noem enkele namen die in die begintijd al lid waren van Schiebroek: Bram de Knegt, Evert van den Hooven, Ada van der Giessen (voor de niet-kenners: Ada speelde mee in de schaakdamestop van Nederland), de heer P. Polling (altijd zijn stoel helemaal schuin in wipstand), en ons erelid Henk de Kleijnen, Siep Foekens, John Foekens, Cees la Rivière, jarenlang externe wedstrijdleider, en zijn vader J.P. la Rivière die altijd Spaans speelde.

W.H.C. Versteeg was in die jaren wellicht het luidruchtigste lid. Naast een verdienstelijk schaker kon hij onbedaard hard lachen. Dan zette je even de klokken stil. In die tijd kende je elkaar alleen bij de achternaam, tutoyeren deed je toen nog niet zo. Dan hadden we nog J. de Pauw (directeur van de gelijknamige papierfabriek), die niet altijd goed tegen zijn verlies kon. Legendarisch is het moment dat hij de stukken van het bord wegmaaide na een verliespartij. Maar het zou te ver voeren al deze markante figuren hier de revue te laten passeren.

Na de Goede Herderkerk verhuisden we naar “De Brandaris”, dat markante wijkgebouw, gesloopt in de jaren 80-90 en dat ik dus nadien nooit meer zou gebruiken om iemand de weg te wijzen, dat me direct weer doet denken aan de Koffer, die wereldberoemde sociëteit uit de jaren 70, waar we good old Arnold van Toor ook regelmatig tijdens de dansavonden met band en visnetversiering tsiekatsiekaboem hoorden schallen. “De Brandaris” stond ook bekend om zijn tapbier. Na afloop van het schaken gewoon met velen bier drinken. Het gebouw werd helaas in de jaren 90 gesloopt. (Nadien zouden we nog naar wijkgebouw “Castagnet” verhuizen).

Volgende week deel II.

Jaap van Meerkerk & Carel Keller