Remise aanbieden en j’adoube

Gezien deze ronde:

Mag je remise aanbieden als je verloren staat? Niet gezien, maar gelezen in de bibliografie van Jan Timman. Het wordt als onsportief gezien als je 2 maal (in mindere stelling?) remise aanbiedt.

Waarom zeg je “J’adoube” als je aan zet bent en een stuk recht wilt zetten? Wanneer was Frans de voertaal in het schaken?

A-groep

Murdoch Mac Lean – Cor van As. Cor speelde klassiek tegen d4 van Murdoch, die met g3 zijn loper fianchetteerde. Cor bleef de gehele partij zitten met zijn slechte witte loper. Ruilde zoveel mogelijk, bood nog remise aan, maar verloor het eindspel kansloos.

Marcel Tillemans – Leo Verhoeven. Een scherpe partij met tegenovergestelde rokades, waarin Marcel met wit de zwarte stelling van Leo heel vroeg opzadelde met een dubbelpion op de f-lijn. Marcel investeerden een pion in de aanval, maar kreeg die met rente terug in het eindspel mede geholpen door de krappe bedenktijd van Leo. Een mooie overwinning van de in bloedvorm verkerende Marcel Tillemans.

Kijk hier voor de uitslagen, de stand en het progamma in de A-groep.

B-groep

Arie de Jong – Cander Flanders. In deze strijd tussen de generaties werd geen middel geschuwd. Cander had zijn camouflage vechtjas aangetrokken. Arie had ook een pet meegenomen en een wandelstok. Maar Cander was de oude vos te slim af. Een ver opgerukte vrijpion was meer waard dan de kwaliteit en Cander trok aan het langste eind.

Bernhard Ruimschoot – Davin Mostert. Ook hier een harde strijd met Davin lange tijd aan het roer. Hij veroverde 2 pluspionnen en had een gewonnen stand. Bernhard counterde door met zijn a-pion op te rukken naar a7. Davin moest ijlings met zijn paard het hele veld oversteken om die pion onschadelijk te maken. Daarvan maakte Bernhard gebruik en wist het materiële evenwicht te herstellen. Even later kwam de koning van Davin in het nauw, aangevallen door dame en paard. Hij ruilde de dames maar verloor het paard. Als Bernhard, die toen een paard met 2 pionnen had tegen 3 pionnen van Davin, meer tijd had gehad, was de winst hem niet ontgaan. Nu liepen 2 pionnen over en weer naar dame, die dames werden ook weer geruild, maar uiteindelijk hield Bernhard alleen nog maar een paard over. Een tot het laatst toe boeiend gevecht met wisselende kansen; remise.

Jan Smit – Jaap van Meerkerk. Jaap weerlegde eigenlijk de openingsopzet van Jan en kwam met pluspion terecht in een voor hem gewonnen eindspel. Daar raakte hij het spoor bijster en miste de winnende afwikkeling. Nu won Jan een stuk en de partij.

Paul Wilhelm – Jan Hoek van Dijke. Ook hier een scherpe strijd met wederzijdse rokades. Paul investeerde ook een paar pionnen en dreigde mat met een toren op de onderste lijn en een paard op f6. Jan zag dat wel aankomen maar vond geen afdoende verdediging. Remise.

Kijk hier voor de uitslagen, de stand en het programma in de B-groep.

C-groep

René van Es – Peter de Boer. Na een soort Franse opening kreeg René groot positioneel voordeel. Een gedekte vrijpion op b6 en druk op de d-lijn tegen de achtergebleven pion van Peter. Het loperpaar van Peter was door de gesloten stelling tot passiviteit gedoemd. René brak door in het centrum en veroverde de h-lijn. In tijdnood kwam er een stelling op het bord van 3 lichte stukken tegen 2 torens. De torens waren door de gedrongen stelling van Peter oppermachtig: Stukwinst en promotie van de vrije b-pion. Een mooie overwinning van René in een zware partij. René van Es schreef hier zelf over:

“Mijn tegenstander was Peter de Boer, of te wel mijn ‘Angstgegner’, omdat hij de laatste tijd sterk speelt en al twee keer van mij gewonnen had. Ik opende e4 en Peter speelde e6 (‘French Defence’), ik antwoordde met Pc3 en het leek of zwart hier niet op gerekend had. Maar goed, we ontwikkelden onze stukken, waarbij zwart meer moeite had om zijn stukken goed te plaatsen. Zwart zocht naar tegenspel en pushte zijn h-pion om mijn koningszijde aan te vallen. Hij kwam tot h4 en sloeg op g3 waarna ik terugsloeg met h2xg3. En toen lag de h-lijn open en omdat ik al eerder na schaak mijn koning op g2 had gezet had ik snel die h-lijn helemaal voor mezelf. Peter pushte zijn f-pion naar f4 en ik gaf eerst even schaak met h8 gevolgd door Kf7. En toen wilde ik mijn loper wel offeren met Lxf4, zijn pion sloeg terug en ik pakte met tempo Pf4 omdat ik gelijk zijn toren aanviel en de a1-diagonaal voor mijn koningin opende. Het histogram (winst-verlies diagram) van mijn analyseprogramma sloeg op hol en gaf wit een duidelijk voordeel. Tot overmaat van ramp plaatste zwart zijn toren op f6 en was Pf4-d5 een vervelende vork. Tja… wat een paar zetten later volgde was een penning en een promotie, en Peter gaf op. Mooie wedstrijd met veel tactiek en eindelijk weer eens een goede partij.”

Victor Hooftman – Coen van Baren. Victor verslikte zich in de aanval en verloor een stuk , maar had door een sterk centrum enige compensatie. Wel keek hij met wit tegen een irritante pion op de tweede rij aan. Er werd afgewikkeld naar een klassiek toreneindspel, soms met 2 pionnen minder voor Victor. Uiteindelijk kwam er een eindspel op het bord met toren en pion tegen toren. Onduidelijk is of wit dit nog remise had kunnen houden. In ieder geval won Coen. Is deze partij met eindspel beschikbaar voor de clubverzameling toreneindspelen?

Joram Simons – Pim Kleinjan. Pim veroverde vroeg in de partij een kwaliteit, of was het een offer van Joram? Pim wikkelde af ondanks dat Joram trachtte de stelling te compliceren. Aan het eind van de avond veroverde Pim met zijn toren de 2 overgebleven verbonden vrijpionnen van Joram (0-1).

Kijk hier voor de uitslagen en de stand in de C-groep.

Wim Posthumus