Nog maar 1 koploper na vierde ronde

Maandag 2 mei. Vier koplopers aan het begin van ronde 4 van het Spindler Makelaars Watertorentoernooi. Wat zal deze avond gaan brengen?

Ik loop twee rondjes langs de borden, de eerste omstreeks 21.15 uur, de tweede rond 22.00 uur. Daarna volg ik nog enkele borden rond 23.00 uur.

Hieronder een bloemlezing van de avond!

1. Ricardo Klepke – Lucas Gortemaker: Toch wel een verrassing vinden sommigen dat Lucas het met zijn 1830 rating zo goed doet tegen de grote jongens. Voor mij niet hoor, Lucas is een talent en daarvan gaan we nog meer zien en horen.

Het wordt een positionele pot, met Pf3 en c4 van wit. Lucas geeft geen krimp en schuift rustig naar een degelijke remise aan het eerste bord.

2. Henk Ochtman – Hing Ting Lai: Een Caro-Kann, een scherpe opzet van zwart, met een open h-lijn. Beide dames zijn vroeg op pad gegaan, nog voordat de lichte stukken allemaal in het spel zijn. Na het sterke Dc2 staat het paard gepend en dreigt zwart met d3. Wit kan daarom niet rokeren wegens stukverlies.

Hoe het verder ging weet ik niet maar Hing Ting maakte het bekwaam af en nadat Henk geen goede zetten meer kon doen gaf hij op. En daardoor is Hing Ting de enige met 4 punten na 4 ronden. Wie gaat hem nog stoppen?

3. Pieter Sturm – Joey Brokaar: Een Van Geet, positioneel. Na de tiende zet is er nog niets geruild. Om 23.00 uur staat er een L+P+4pi tegen een L+L+4pi eindspel op het bord. Zwart heeft een sterke troef met zijn vrijpion, maar wellicht kan wit er ook eentje op de damevleugel maken? Het eindspel wordt door Pieter gewonnen.

4. Andrzej Pietrow-Ruud Dröge: Siciliaans. Wit kiest een positionele aanpak met Lg2. Ruud speelt actief met zijn dame, maar die wordt ook een interessant aanvalstarget voor de lichte stukken van Andrzej. Laat in het middenspel wint Andrzej een pionnetje en dat wordt op een nette manier – zoals we van Andrzej kennen – omgezet in een vol punt.

5. Peter Weeda – Johan van de Griend: Aangenomen damegambiet. Al weer zo’n ouwe SWR speler die er veel zin in heeft! Reken maar dat Peter zich de afgelopen tijd heeft voorbereid!

Wit komt snel met d5 en bevraagt de pion op c6. In het middenspel heeft Peter een heel duidelijke plus bereikt en speelt met 2 pionnen meer(T+T+L+P+6pi tegen dito + 4pi), plus initiatief op de damevleugel. In het eindspel laat de sluwe vos die Johan heet zien waartoe zijn eindspelstreken kunnen leiden: naar remise. Eerst snoept Johan Peter een pionneke af en houdt daarna koeltjes het toreneindspel met een pion minder op remise. Toch heeft Peter, die toch zijn stukken heeft moeten afstoffen na een lange vakantie, indruk op mij gemaakt met zijn verrassend sterke spel.

6. Davin Mostert – Selman Ercan: Een Najdorf Siciliaan, klassiek met Le2. Zwart speelt het actief en valt dus met e5 het paard op d4 aan. Uiteindelijk komt er een toreneindspel op het bord waar Davin met 2 torens de zevende rij bezet heeft en eeuwig schaak afdwingt. Selmans pionnen op de damevleugel kunnen net niet gevaarlijk worden. Davin zal dat allemaal wel koeltjes hebben berekend, dacht ik aan zijn lichaamstaal te kunnen herleiden.

7. Paul Dekker – Murdoch Mac Lean: De heren zetten er aardig de vaart in, kennelijk een voorbereide of bekende variant. Wit heeft een stel hangende pionnen die zwart natuurlijk onder druk moet zetten. Het resultaat is een overwinning voor Murdoch.

8. Henk van der Velde – Wilco Dado: Een Catalaan zo te zien. Na de twaalfde zet zijn er nog geen stukken geruild. Positionele pot. Henk trekt hier aan het langste eind.

9. Bernhard Ruimschoot – Wim Posthumus. Zo tegen het einde van het middenspel heeft Bernhard een pionnetje gewonnen, maar zijn stukken werken niet helemaal goed samen. Die van Wim daarentegen wel en met geweld komt hij de koningsstelling van Bernhard binnen. Het punt is daarmee voor Wim.

10. Loek Veenendaal – Martin Rensen: Siciliaanse Najdorf, en wel de … Vergiftigdepionvariant! Hmm om te smullen! Die wordt niet zo vaak gespeeld en kan verschrikkelijk ingewikkeld worden met veel diep geanalyseerde varianten. Een openingsvariant voor de ijverige schaker.

Zwart gaat snel in de opening met zijn dame via b6 naar b2 alwaar zij de b-pion slaat. Ze staat daar vrij link maar het gekke is dat ze de witte stukken ook bindt. Als wit het ietsie te voorzichtig wil aanpakken blijft hij een pion of zelfs pionnen achter. Hij is gedwongen tot een van dik hout zaagt men planken aanpak. Ik zie dat wit zijn paard van d4 naar b3 heeft teruggehaald en dat is wat minder scherp. Om half twaalf is deze partij nog druk bezig met T+L+2pi voor Loek tegen T+4pi voor Martin. Lastig in te schatten wie er nu beter staat, zeker in volle tijdnood. Beide heren blijven goed spelen en remise is het logische resultaat.

11. Marvin Dekker – Steven de Wilde: Een Franse doorschuiver. Marvin kennende wordt dat geen rustige pot. En ja hoor, ik kijk vanaf zet 18 en zie een explosieve stelling. Zwart heeft een open h-lijn en nog niet gerokeerd. Marvin gaat de f-lijn met 2 torens bezetten en drukt flink op f7 zodat zwart niet lang kan rokeren. Na zet 29 besluit Marvin de beuk er echt in te gooien. Velen zouden het niet aandurven, met weinig tijd op de klok en met matdreigingen aan beide kanten. Marvin kan in 1 zet mat worden gezet, maar gaat ten aanval en vlecht vlot een matnet waar Steven niet meer uit kan ontsnappen. Mooi gespeeld en een kandidaat voor de SMS-prijs. Maar dan moet Marvin eerst zijn partij nog inleveren.

12. Leo de Jager – Harry Nefkens: Na 23 zetten zit Harry flink in de nesten. Leo heeft een dijk van een aanval en heeft de arme Harry helemaal in de tang. Leo duikt met zijn dame in het gat op h6 en heeft ook nog eens een door een pion gedekt paard op e6 geposteerd. Het eind is dan snel in zicht en de winst is er voor Leo.

13. Gerard Kastelein – Dik van der Pluijm: Opvallend is dat Gerard laat zien dat hij pakweg 15 zetten kan schaken zonder onoverzichtelijke offerfeesten. Geen Pc3 dus. Gerard en Dik kennen elkaar goed en Gerard weet ook hoe Dik zijn Van Geet aanpakt. Met 1. b3 werd het verdacht stil in de speelzaal. Of was het verbeelding? Toch valt Gerard met h5 al snel een paard op g6 lastig. Gerard staat op dat moment ietsje actiever. Natuurlijk loert er inmiddels ook een loper op b2. Hoe Gerard de buit binnenhaalt kunnen we allemaal bekijken, want Gerard heeft hem ingezonden voor de SMS-prijs.

14. Frits Steenbergen – Richard Koopman: Frits vond het lastig om tegen zijn eigen variantjes te spelen. Nu kreeg hij een keertje Frans voorgeschoteld en Frits besloot met wit de Tarrasch te spelen met 3. Pd2. Dat speelde Korchnoi ook geregeld in zijn match tegen Karpov, weet ik zo even uit mijn hoofd ja! Die partijen stonden vroeger in Schaakbulletin, zeg maar de voorloper van New In Chess, waar ik toen op geabonneerd was. Na zet 20 staat er een scherpe stelling op het bord. Zwart heeft nog steeds niet gerokeerd, heeft zijn dame op g5 gezet met pionnen op h5 en g4. Ja, Frits had geen makkelijke avond, maar wist wel de winst binnen te halen! Maar van sommige spelers, zoals onze Frits, moet je als het ware 2x winnen, Richard.

15. Ronald van Vleuten – Ad Multem: Een positionele aanpak met 1. Pf3 Pf6, 2. b3. Een goede partij van beide spelers, als ik toevallig langsloop, denk ik ‘dat ziet er remiseachtig uit’. Dat is uiteindelijk ook het eindresultaat.

16. Jaap Brokaar – Frank van Zutphen: Frank speelt een Draak van een opening en komt in de problemen in het middenspel. Wit heeft veelbelovend spel na de lange rokade en de bekende pionnenstorm met h4 en g4. Toch weet Frank door een onnauwkeurigheid van Jaap de partij te kantelen en het punt binnen te halen. De slotstelling is mooi, na e5 heft Frank het schaakje op en valt de dame aan, maar er is ook een matdreiging over de a-lijn. En dus konden de stukken in de doos.

17. Leo Verhoeven – Cor van As: Een Philidor. Leo valt aan op de koningsvleugel en begint aan een pionnenopmars die tot in het verre eindspel wordt opgevoerd en dreigt met de loper het paard op h5 te slaan en zo de zwarte koningsstelling te verzwakken. De zwarte stelling lijkt me niet te houden, maar tegen het eind van de avond zitten de heren nog steeds uiterst geconcentreerd te spelen. Leo probeert koste wat kost het punt naar zich toe te trekken. De verbonden pionnen gaan gezamenlijk op de eindstreep af. Cor maakt een fout en dan is promotie niet meer te verhinderen. Hij had Leo nog best wat langer bezig kunnen houden, door een stuk te geven voor de beide pionnen, maar Leo zegt dat hij dan ook goede winstkansen zou hebben gehad. Ben benieuwd naar de analyse.

18. Daniël van Loenen – Henry Pijpers: Een rustige opzet van wit met 1 c4 en een dubbel fianchetto. Maar tegen Henry Pc6 Pijpers speelt niemand, op Ruurd dan na, rustig positioneel. Toch staat Daniël na 28 zetten een boertje voor, hij heeft een gedekte vrijpion op e5 in een eindspel van D+T+L+6pi tegen dito + 5 pi. Henry weet de remise toch veilig te stellen, wat ik eerlijk gezegd, gezien de duidelijke plus van Daniël, best verrassend vindt. Knap gespeeld dus van Henry.

19. Victor Hooftman – Jan ten Brinke: Om 21.00 uur zijn de heren al klaar en heeft Victor de handdoek in de ring gegooid. Ik heb er niets van meegekregen.

23. Arno Luinenburg – Jan Smit: Jan komt tijdens de partij glunderend op mij af. Hij geniet van de stelling. Een heerlijke partij vol met combinaties en wederzijdse kansen. Degene die dit wint gaat voor de SMS-prijs, lacht Jan. Het is een zogenaamde moderne verdediging (1. e4, g6) en inderdaad er staat een scherpe, moeilijke stelling op het bord. Beide vechtersbazen zijn volop in de aanval. We zullen zien. Het werd uiteindelijk remise en Jan heeft zijn partij ingeleverd.

24. Jaap van Meerkerk – Vincent Smol: Geweigerd Damegambiet, waarbij Vincent al vroeg in de partij enkele stukken wat ongelukkig neerzet en ik via twee combinaties materiaal kan winnen. Daarna geeft Vincent al vroeg in de avond op.

25. Henk de Kleijnen – Marius Middendorp: Henk komt na de opening overwegend te staan, grijpt het initiatief, wint materiaal en nog meer materiaal waarna de partij is gespeeld en Marius opgaf.

28. Arnout van Kempen – René Geuskens: Najdorf met Lg5, de hoofdvariant. Na 23 zetten zit zwart in een soort van houtgreep. Wit heeft actieve torens met een loper op g7 en e6, een dame op d4 en een pion op f6. De arme zwarte koning staat er verlegen bij op a8. Dat gaat zwart nooit redden. Toch wel dus! Het wordt verrassend toch nog remise.

30. Carel Keller – Gerrit Boer: Gerrit staat aanvankelijk goed en heeft wat initiatief met een voorpostpion op e4. Hij kan zijn stukken als hij wil veelbelovend naar de koningsvleugel brengen. Carel zoekt tegenspel via de f-lijn en heeft een actieve loper op c4, en druk op f7.

Op een gegeven moment ergens in het middenspel biedt Carel Gerrit remise aan. Gerrit wil nog even doorspelen. Het is tenslotte nog wat vroeg. Carel liet deze weigering niet op zich zitten en bedacht een valletje van 2 zetten diep. Gerrit trapt erin en moet na een schaak op g8 van de witte loper met zijn koning van h7 terug naar de h-lijn, waarop Carel met een aftrekschaakje de dame kan slaan. Gerrit krijgt er slechts een toren voor terug. Uit zal je zeggen, maar nu is het de beurt aan Gerrit, die wat materiaal terug combineert, onder andere met een paardvorkje en zo. Carel biedt maar weer remise aan, maar Gerrit wil meer, er komt uiteindelijk een eindspel met paard + 3 pi tegen 5 pi op het bord, wat Carel uiteindelijk toch nog de winst oplevert!

32. Peter de Boer – Anton van Berkel: Anton komt iets beter uit de opening en weet zijn stelling steeds iets te verbeteren. Twee krachtige torens op de e-lijn bezorgen Peter de nodige hoofdbrekens en op een fraaie wijze maakt Anton het uit. Later deze week ook na te spelen, want deze partij is ook ingestuurd voor de SMS-prijs!

35. Wim Heinen – Gabriël Cornelisse: Na 23 zetten zie ik een vrijwel gelijke stand. Wim heeft met wit een klein plusje en staat ietsje actiever. Ver in het middenspel zijn er pas 2 lichte stukken geruild en 1 pion. Uiteindelijk weet Wim de winst te verzilveren.

37. Peter Ruimschoot – Peter van Soest: Halverwege staat het ongeveer gelijk, een mooie stand met kansen voor beide partijen. Peter R. wurmt zich naar een klein initiatief, dat hij verder weet uit te bouwen naar de overwinning. Een prima resultaat van Peter R.!

38. René van Es – Peter Hurkmans: Van Es schrijft hierover:

“We belandden in de Petroff’s defence en gingen gelijk op, alhoewel de stelling er na 17 zetten zo uit zag (zie stelling rechts). Zwart stond er verkrampt bij en de Chess Engine gaf mij ook duidelijk een voordeel. Maar hoe nu verder? Ik dacht aan een man van stand, die weleens zei: “verzin toch eens een list.” Ik zat aan c5 te denken en volgens mij helemaal niet slecht? Tja, de engine was duidelijk … a4 en geen c5. Maar ja, … na een fout van mij en 52 zetten verder won Peter, die solide speelde, uiteindelijk. Gefeliciteerd!”

Alle uitslagen en de stand zijn te vinden op de uitslagenpagina van het Spindler Makelaars Watertorentoernooi.

Jaap van Meerkerk