Rotterdam Noord Derby

Afgelopen maandag was het weer eens tijd voor de jaarlijkse confrontatie met RSR Ivoren Toren. Waar Erasmus in de eerste ronde in het stof moest bijten tegen Dordrecht waren onze buurtgenoten succesvol tegen Shah Mata.

Omdat RSR één van de teams is die het zonder 2300 spelers probeert, begonnen we vol hoop aan de match.

Naast me speelde Marvin Dekker aan bord zes met wit tegen Wil Sparreboom. Marvin kent kennelijk zijn klassieken want volgens hem is de diagramstelling hiernaast uit (gebreid😊) geanalyseerd door de grote Euwe zelve.

Marvins samenvatting daarvan is: “Zwart moet nu rokeren en kan daarna vaak via Pf8 en soms Pe4 wat tegenspel bieden” gevolgd door “Mijn tegenstander gaat echter gruwelijk in de fout met 9. ..-g5?! 10. Lg3-g4? 11. Pb5!

Dit was het eerste moment dat ik naar de stelling van mijn rechterbuurman keek. Het ziet er erg goed uit, maar ik ken het spel van Wil een beetje dus ik verwachtte nog wel wat konijnen te zien verschijnen. Maar Marvin had alles perfect onder controle: “Zwart probeerde nog 11. ..-Lb4+ 12. Pd2 (Kd1 was ook een optie) -Pe4 13. Pc7+-Kf8 14. Pxa8-Lxd2+ 15. Kg1-Pxg3 16. hxg3-La5 17. a3! En zwart staat kansloos verloren. Enkele zetten later kon ik met een petite combinatie het volle punt innen.”

Zoals afgesproken is in ons team is de beloning voor het als eerste klaar zijn de eer om het verslag te schrijven. Ik kan het alleen niet laten om me er ook mee te bemoeien vandaar de mengelmoes.

Leo de Jager met zwart aan zeven tegen Maarten van Doorn heeft zojuist 18. h3 op het bord zien verschijnen. Maarten vond de loper maar irritant en wilde hem van g4 af schoppen. Dat lukt goed, maar niet helemaal zoals bedoeld. Na 18. ..-Lxh3 was hij niet echt blij (19. gxh3-Dg5 en het paard op d2 sneuvelt). Vandaar dat ik even de tijd kreeg om naar Marvin’s stelling te kijken. En als Maarten na 19. Pc4-Pxc4 20. Dxc4-Dg5 21. g3-Td6 voor meer dan 20 minuten in de denktank verdwijnt kan ik mijn eerste (en enige rondje) doen.

Peter Torczynski aan één staat een blozende pion voor. Pieter Sturm aan vijf heeft zorgen (zie foto rechts), Marvin staat inmiddels huizenhoog gewonnen en de overige borden zijn voor mij niet echt duidelijk. Genoeg voor enig optimisme. Niet veel later is Marvin klaar en gaat met notitieblok en camera aan de slag.

“Daarna kon ik (Marvin, red.) rustig kijken naar de andere partijen. Leo de Jager stond gewonnen (zie foto) en speelde Ld7 waarna wit met zijn koning naar e3 vluchtte. Olivier Vrolijk speelde een goed middenspel uit en kwam in een eindspel met een pion meer en een oppermachtige loper gemakkelijk tot winst.

Leo Verhoeven, Henk de Kleijnen en Frank van Zutphen stonden ongeveer in evenwicht, de overige partijen zagen er toen kansloos verloren uit. Op foto is het wellicht niet helemaal duidelijk maar zwart heeft een toren op h6, een dame op h5 en een loper op h3. Na 25. ..-Ld7 26. Kf2-Dh2 27. Ke3 komen we bij de stelling waaraan Marvin refereert.

Onvoorstelbaar, maar ik kon geen mat vinden en de partij ging als volgt verder 27. ..-Lb5 28. Dc8-f5 29. Df5-e4 30. Tc8-exf3 31. Te8-Le8 32. De5-Dh5 met een afwikkeling naar een beter eindspel dat zwart dankzij de klok vrij simpel won, met zoals in deze partij hoort een torenoffer.”

Tijd om weer eens om me heen te kijken. Er blijken zich de nodige rampen te hebben voltrokken. Peter is niet allen zijn pluspion kwijtgeraakt, maar ook nog eens het volle punt.

Henk, die af leek te stevenen op een solide remise is geveld door het trio medicijnen, onwillige vingers en een doorbraak in het centrum. Leo V had naar eigen zeggen last van een slechte loper die niet beter wilde worden met zoals gebruikelijk het gevolg van totale passiviteit en de onvermijdelijke nul.

Zo staan we dus net als in Dordrecht met 4-3 achter en is wederom Frank als laatste bezig. Ik ben er nog niet uit wat het is. Zelfkastijding, aandacht trekken, of een rotsvast vertrouwen de tegenstander in de laatste seconde beentje te lichten. Het ziet er in ieder geval beter uit dan in Dordrecht.

Op het bord staat een dubbel toreneindspel waarbij Frank twee pionnen heeft en Paul Batenburg het er met één moet doen. Ook Franks’ torens lijken wat beter te staan. Het is loeren op een afwikkeling naar een theoretisch (liefst gewonnen) eindspel van Toren en Pion tegen Toren. Het gaat mij echter allemaal te snel. Frank besluit tot een andere winstpoging die helaas een pion kost en leidt tot een pot remise stand.

Zo moeten we ons na twee ronden al zorgen gaan maken. We staan ruim onder de denkbeeldige streep. Aan de andere kant zit ons team natuurlijk vol met spelers die aan het eind van het seizoen een (ruime) plus score hebben. Dus na twee maximale nederlagen stel ik voor om tegen Spijkenisse een minimale overwinning te gaan behalen.

Lees hier het verslag ‘RSR 1 wint ook van trollenleger Erasmus‘ op de website van RSR Ivoren Toren. Kijk hier voor alle uitslagen en de stand na de tweede ronde in de hoofdklasse van de RSB-competitie.

Met dank aan met name Marvin!

Leo de Jager