Hoe dingen anders lopen dan voorgesteld

Dat gold zeker ook voor het resultaat van Erasmus 3 tegen WSV 1 op maandag 11 februari.

Vooraf had ik mijn teamleden nog een peptalk gestuurd, waarin ik aangaf dat een peptalk natuurlijk niet nodig was en dat klopte. Ik had beter een dreigbrief kunnen sturen.

In mijn blijde boodschap had ik aangegeven, dat WSV na de zware nederlaag tegen het almachtige Erasmus 3 zich zou heruitvinden en als watersportvereniging verder zou gaan. In werkelijkheid werden door de sympathieke Waddinxveners langzaam maar zeker flinke gaten geboord in het Erasmiaanse vlaggenschip, zodat iedereen rond elf uur met een nat pak naar huis kon. Gelukkig had ik de hele dinsdag nog om een contingent bouwvakkers richting de Drie Ruïnes te dirigeren.

Later die avond zou het volledig gerenoveerde Drie Torens gehakt maken van Onésimus 2. Vanaf deze week dus: dinsdag: gehaktdag! Het belang van dit resultaat is, dat we nu nog altijd (vrijwel) alles in eigen hand hebben. Bij winst voor Onésimus hadden we tegen een matchpunt achterstand aangekeken, nu staan we nog steeds bovenaan, al is het alleen dankzij ons doelgemiddelde.

De wedstrijd tegen WSV kende een valse start. Jan Smit zou spelen, maar werd door de weekendblaasontsteking van zijn vrouw non-sleeping en dus ook non-playing captain.

Hoewel Murdoch MacLean vond, dat ik toch moest spelen, wist ik dat de regels van de schaakbond geen negen spelers zouden toestaan. Gelukkig had ik Gerard Kastelein bijtijds de dug-out uitgestuurd om warm te lopen. Nadat Gerard zijn trainingspak had uitgetrokken, nam hij plaats aan bord 8. De andere borden werden respectievelijk bezet door de ooit zo succesvolle spelers Murdoch MacLean, Jaap van Meerkerk, Anton van Berkel, Pim Kleinjan, Lucian Mihailescu, Jan Hoek van Dijke en Hans Brobbel.

De eerste die klaar was, was Jaap. Jaap was in een eindspel beland, waarin zijn eerdere voordeel verdampt was en het hem verstandig leek een halfje op het droge te halen. Bij de andere partijen viel vooral de steeds slechter wordende stelling van Lucian op. Ondanks mijn dichtvallende ogen zag ik wel duidelijk, dat het water hem al tot de lippen stond. Het was pompen of verzuipen, maar tegen de watersnoodramp van zijn WSV-opponent was geen pomp bestand. Vrij snel moest Lucian opgeven en stonden we op achterstand.

Een rondje langs de borden lieten mij half hallucinerend nog in de waan, dat we minimaal zouden gelijkspelen, ik zag de overwinningen van Anton, Pim, Jan Hoek en Hans al gestalte krijgen, terwijl de stellingen van Murdoch en Gerard niet helemaal watervast leken, maar dat kon natuurlijk ook komen doordat ik niet in staat was hun geniale spel te volgen.

Jammer genoeg bleek Murdoch daar zelf ook niet helemaal toe in staat, wat altijd lastig is als het om je eigen partij gaat. En zo stonden we opeens op een ontnuchterende 2½ – ½ achterstand. Ik schrok min of meer wakker. Even mijn roze bril af en serieus kijken hoe ik de zaak drijvende zou kunnen houden.

Gerard stond dynamisch slecht, terwijl de opdracht was geweest: positioneel goed. De partijen van Anton, Pim en Jan Hoek zagen er redelijk goed uit en de partij van Hans was in onduidelijk evenwicht. Voldoende uitzicht op 4 punten leek het.

Inmiddels had de tegenstander van Hans remise aangeboden en Hans overlegde met mij wat te doen. Gelet op de onzekere uitkomst van de overige partijen vond ik het verstandiger om hem door te laten spelen, wie weet hoe noodzakelijk een extra half puntje zou kunnen worden (…).

Dan gebeuren er wat vreemde dingen, de schaaksport niet onbekend: Gerard strekt even de benen en als ik vraag wat zijn eigen inschatting is van zijn partij, antwoordt hij: “Net Te1 gespeeld, winnend!” Dat is mooi, want die zet en uitslag had ik niet zien aankomen op een bord, waar meer een wedstrijd aan de gang lijkt wie de meeste penningen en matdreigingen kan invlechten. Niet veel later speelt zijn WSV-tegenstander het nog meer winnende Te5.

Rare gebeurtenis nummer twee: nog geen vijf minuten na de ontmanteling van Gerards winnende voortzetting hoor ik Hans remise aanbieden. He, hadden we net niet overlegd dat we moesten blijven doorspelen? Had ik blijkbaar ook even moeten overleggen met de tegenstander van Hans, gemiste kans, want die nam het aanbod meteen aan. Ook al zou het objectief gezien een redelijke uitslag zijn, strategisch gezien kwam het bijna neer op overgave. En rebellie. Even slikken voor de teamcaptain, die wreed uit zijn dromen werd gerukt.

Bij Anton bleef er na afruil een eindspel met beiden een paard en loper plus wat pionnen over, dat er riskanter voor Anton uitzag dan voor zijn tegenstander. Hij bood daarom remise aan, iets waar hij een dag later een beetje spijtig op terugkeek (commentaar van Anton):

“Ik geef remise omdat ik geen oplossing zag tegen het aanvallen van mijn pion met zijn paard als hij mijn paard ruilde en als ik het paard zou wegzetten dan viel de witte loper mijn pionnen aan. Terwijl ik mijn a-pion gewoon kon dekken met het simpele Pc7. Daarnaast zie ik ook niet dat Lg1 en als wit niet oplet dan Lxh2. Ik meende dat ik dan mijn loper kwijt was na Kf7, Kg7 maar ik kan h5 tussendoor zetten. Ik dreig dan Lxg3 en als wit de h-pion slaat dan sla ik de pionnen op f4 en daarna e5. Met deze kennis zou ik zeker doorgespeeld hebben. Ik ‘zie’ (zonder bord) dit pas nu ik er rustig over na kan denken.”

De lezer begrijpt, dat alleen Anton hier een duidelijk beeld bij heeft!

Jan Hoek was gelukkig wel in de vorm, die hij het hele seizoen al laat zien en speelde zijn opponent bekwaam naar de ondergang. Met 4½ uit 5 ligt hij naar eigen zeggen op koers voor een 1800+ rating.

Gerard zag niet een nog overtreffender trap van een winnende zet en moest opgeven. De nederlaag was daarmee een feit.

Het wachten was nog op Pim en dat deden we dan ook met zijn allen rond zijn bord. In een toreneindspel wist Pim de kijkers dusdanig te boeien, dat we uiteindelijk allemaal teleurgesteld waren dat het afgelopen was. Helaas won Pim maar met 1-0 en dat was net te weinig (3½ – 4½).

Inmiddels lijkt de blaasontsteking van mevrouw Smit onder controle, nu mijn kater nog.

Klik hier voor alle uitslagen en standen in klasse 2B van de RSB-competitie.

Teamcaptain Erasmus 3½ : Jan Smit
(Heette de captain van de Titanic ook niet Smit(h)….?)