Het tweede onbeslist tegen De IJssel 1

De ontmoeting van ons tweede team met De IJssel 1 in onze nieuwe behuizing verliep spannend. De resultaten aan de borden bleven steeds dicht bij elkaar en ook de laatste partij leverde geen beslissing op die de balans deed doorslaan.

Als eerste was er een beslissing aan bord 4, waar Reinier Hoogeveen het eindspel kon vermijden door zwart de keuze te laten een pion verlies te accepteren of te berusten in eeuwig schaak. Het werd het laatste. Daarvoor had hij druk kunnen uitoefenen op een hangende d-pion, Zwart wist echter goed terug te komen na minder agressief spel van Reinier.

Pim Kleinjan (bord 7) won in de opening een pion, maar wit kreeg wat tegenspel tegen h7, in de nabijheid van zijn koning. Pim kon het spel vervolgens afwikkelen en behield een vrije h-pion en die gaf de doorslag.

Paul Wilhelm (bord 1) kon zijn draai niet vinden tegen Pim te Lintelo en kwam steeds verder in de verdrukking. Uiteindelijk kon hij verlies niet meer vermijden.

We kwamen weer op achterstand toen uw verslaggever, die aan bord 2 als invaller fungeerde voor Jaap van Meerkerk, de wapens moest neerleggen tegen Frank Visser. Het was een ingewikkelde partij, waarin wit aanvalskansen zocht en zwart op de damevleugel actief werd en daar ook mogelijkheden vond. Het leidde tot een kwaliteitswinst voor zwart met als tegenwicht voor wit een mooi loperpaar en een vrije pluspion. Door zeer nauwkeurig spel wist zwart de kansen van wit te verkleinen en uiteindelijk tot winst te komen.

Frits Steenbergen (aan 5) kreeg van Frank van de Pavoordt eerst een Damepionopening (vroeger onder de loep genomen door Bagirov) voor de neus, maar die liep over in een Franse Rubinsteinvariant. Frank wist een pion te veroveren in het middenspel en had het heft goed in handen. Maar door onnauwkeurig spel liet hij zich door Frits verrassen. Die wist een vrije h-pion te krijgen en die marcheerde zowaar zover op, dat wit het hoofd in de schoot moest leggen.

Gilles Donze (bord 6) legde Ad Multum een Koningsgambietje voor. Dat soort spel vraagt om veel creativiteit en veel ervaring. De moderne variant van het aangenomen pionoffertje werd door Gilles niet geheel behandeld naar de doelstelling. Hoewel Gilles desondanks lange tijd behoorlijk spel in handen had, ging er opeens iets mis en werden wat boeren van het bord gehaald en die waren van Gilles. Het werd aan het einde dus toch nog een nederlaag. De tussenstand werd daarmee een beetje precair, 2½-3½ achter, dus er mocht niets meer mis gaan.

Jan de Korte (aan bord 8), alleen extern actief voor ons, zette kennelijk Justin Jacobse voor openingsproblemen. Na zeven zetten had zwart al een uur zitten denken. Hij had dus kandidaat kunnen zijn om als standbeeld, Le Penseur van Rodin, te fungeren. Jan had steeds een tempo meer dus kon hij de pogingen van Zwart gemakkelijk tegengaan. Maar in het middenspel was Jan wat onzorgvuldig en er kwam een aardig stormpje over hem heen. Maar het tijdvoordeel bleek toch een factor van betekenis, een kwaliteitsoffer leidde tot een open stelling van de zwarte koning en snel wist Jan mat te forceren. Dat was weer de gelijkmaker (3½ – 3½).

Het wachten was nog op Joop van ’t Hoenderdaal. Aan bord 3 kreeg hij Lodeweges voor de neus. Een gesloten Catalaan werd door Joop zonder dxc4 tegengespeeld en dat leidde tot wat beter spel voor wit. Het werd lang laveren en steeds bleef wit enig voordeel behouden. Aan het einde kon wit zelfs nog een pion winnen, maar hij verzuimde dat. Even later kwam het tot een vredelievende afloop. En daarmee eindigde de wedstrijd met 4-4 onbeslist.

Kijk hier voor de uitslagen en de stand in klasse 1B.

Arie de Jong