De eerste klap en de daalder
Maandag, 26 september, was het dan zo ver: de aftrap van het nieuwe seizoen. Op de rol stond Erasmus 1 tegen Charlois Europoort 4 voor de promotieklasse van de RSB. De indeling van deze klasse laat zien dat het een zwaar seizoen zal zijn. Negen aan elkaar gewaagde clubs strijden om promotie of, soms nog belangrijker, om lijfsbehoud. De zuiderlingen brachten een aardige ploeg op de been en ons team moest flink aan de bak.
Aan bord 5 viel de eerste beslissing. Olivier Vrolijk nam het met zwart op tegen Victor van de Wetering. Het werd een Caro-Kann, waarin Victor op zet 3 al een pion gaf. Het gevolg was voor Olivier voorzichtig spelen en wit laten bewijzen dat het pionoffer correct zou zijn. Nadat Olivier de ontwikkeling had voltooid, slaagde hij er in met een pion extra een doorbraak te forceren en dat resulteerde uiteindelijk in een gewonnen stelling.
De voorsprong werd teniet gedaan aan bord 7, waar Joop van ’t Hoenderdaal in een Konings-Indische partij in de voorhand niet goed uit de opening kwam. Hij moest na een lange rokade van Piet Verhey een stormaanval ondergaan, waartegen hij niets kon beginnen. Door rekenfouten verloor hij twee pionnen en kwam in een verloren eindspel terecht.
De voorsprong werd hersteld aan bord 8 door Cander Flanders, die met een Half-Slavische partij tegen Angelique Osinga de strijd aanging. Hij kwam goed uit de opening en liet de damevleugel vast lopen. Angelique probeerde actief te spelen op de koningsvleugel door de pionnen daar op te schuiven. Dat gebeurde ook met de f-pion, die naar f5 kwam, maar daarbij overzag zij dat Cander op de 19e zet die pion via Db1 dubbel kon aanvallen. Dat had ook nog eens tot gevolg dat Cander de koningsstelling kon binnendringen en een paar zetten later materiaalwinst afdwingen. Sein voor Angelique om op te geven.
De voorsprong werd uitgebreid aan bord 2, waar Frank van Zutphen in een Hollands aandoende partij (volgens Frank, maar het kan ook Dame-Indische tintjes gehad hebben, red.) slag leverde met Van Oosterom. Frank kwam gelijk uit de opening en vond dat er maar een vreemde stelling was ontstaan. Enerzijds had hij wel ruimteoverwicht, maar anderzijds was de stelling toch ook redelijk kwetsbaar. Toen de stelling open ging gaf Frank een kwaliteit weg en dus besloot hij dan maar de koning naar de strot te vliegen. Van Oosterom verdedigde daarin niet goed, gaf een toren weg, en legde daarna de koning om.
Tijd om te consolideren! Aan bord 7 ook een Caro-Kann, nu tussen John van Laar en Ruurd Ouwehand. Ruurd kwam wat minder uit de opening, maar na stukkenruil wist hij een pion voor te komen en dat hield in dat er perspectief opdoemde. “Ergens” moet hij de winst hebben gemist, maar in het napraatje kon het toch niet zo maar worden aangetoond, remise dus.
Aan bord 3 opereerde Michael Siban tegen Ab Kamman. Het werd Scandinavisch en liep niet zo goed voor Michael. Het werd dus een defensief getinte pot, die aan het einde een plots einde kreeg. Ab kon ineens mat niet meer pareren en zo werd weer een punt aan ons tussentotaal toegevoegd en dat bleek het beslissende wedstrijdpunt te zijn: 4½-1½.
Nog twee partijen aan de gang. Leo Verhoeven, geposteerd aan bord 4 tegen Menno Brandenburg, kwam niet geheel naar wens uit de Flankopening, taxeerde daarna de stelling ook al niet optimaal en moest toezien hoe hij in een verliesstelling terecht kwam.
Ten slotte, Andrzej Pietrow, kwam in een knotsgekke partij met Gijsbert Kamerman aan het topbord, terecht in een moeilijk in te schatten wirwar, waarin overal op het bord verspreid hangende stukken te zien waren. Een dame werd ingeruild tegen twee torens, maar waarna zwart toch het meeste materiaal overhield. Aan het einde moest Gijsbert dan ook in Andrzej zijn meerdere erkennen.
Al met al een toch wel verdiende en in deze zware competitie o zo belangrijke overwinning, met de mooie cijfers: 5½-2½.
Arie de Jong
Naschrift: het verslag van Charlois Europoort “Vierde team kansloos tegen Erasmus” is via de link te lezen. Kijk hier voor de huidige stand in de promotieklasse.