Afleidingsmanoeuvres breken Erasmus 2 op

(Dit relaas heeft een ongebruikelijk vertellend karakter. Voor de schaaktechnische aspecten verwijs ik geïnteresseerde lezers graag naar de website van De Willige Dame, waar een prachtig verslag van Wim Platje is te vinden)

Schaken in het huis van de gedoodverfde kampioen uit 1B, De Willige Dame 1, levert gegarandeerd een spectaculaire avond op. En dat heeft niet alleen met het spel op de 64 velden te maken.

De mannen uit Dordrecht spelen namelijk sinds kort in de Trinitatiskapel, de uit 1609 daterende Evangelisch-Lutherse kerk. Een bijzonder bouwwerk, een monument zelfs. Over inhoud, ruimteverdeling en aankleding zijn dikke boeken te schrijven. Houten vloeren, ingelijste tekstbordjes, schilderijen, kroonluchters en veelsoortige prullaria vormen een adembenemend decor. Het leidt onvermijdelijk af voor wie er niet mee vertrouwd is. Ook de speelruimte draagt aan de verwarring bij. Niet de kerkzaal met het pontificale orgel vormde de arena voor de schaakschermutselingen. Wel de kleinere aangrenzende ruimte, waarin zich ook een knus barretje bevindt. Twee van de acht borden kregen een plaats in de aparte kerkeraadskamer, wat voor spelers en toeschouwers een avondje ‘pendelen’ inhield. Geen gewijde stilte dus, maar een voortdurend geroezemoes waarvoor de zestien denkers zich moesten zien af te sluiten.

Aan gastvrijheid ontbreekt het niet bij ‘De Dame’. De joviale wedstrijdleider, Cor Paans, ontpopte zich – traditiegetrouw trouwens – als de volmaakte gastheer. Aan al onze wensen, waaronder een plaats met de beste verlichting voor een van onze leden, werd soepel tegemoet gekomen. Een hartelijk openingswoord vormde de inleiding voor een enerverende avond. Wel werd daarin gerefereerd naar onlangs geboekte successen van Erasmus: ons vierde achttal zegevierde in Dordrecht (wél in de kerkzaal) en een kwartet van De Willige Dame verloor in Rotterdam van ons tweede viertal. Evenmin bleef onvermeld dat Erasmus 2 de eerste twee competitieduels winnend had afgesloten, terwijl de gastheren eenmaal smadelijk hebben verloren van Dordrecht 2. De revanchegedachte vierde hoogtij. De toon was gezet. De schaaltjes chocoladekruidnoten naast de borden konden, hoe goed bedoeld ook, de grote wederzijdse belangen niet verdoezelen.

De te verwachten spanning liep op naarmate de avond vorderde. Pas in het laatste half uur, na 23.00 uur dus, zouden alle beslissingen vallen. Als non-playing captain had ik ruim de tijd om alle moois van de kerk inclusief binnenplein te bewonderen. Beheerder (‘koster’) Jan Lokhorst nam me bij de arm voor een uitgebreide rondleiding. Hij is een buitengewoon aardige verschijning en een humoristische verteller van prachtverhalen. Zijn achtergrond is ook een boeiende. Ex-student Nederlands (met de nooit ingeloste belofte om leraar te worden), ex-bankmedewerker, ex-taxichauffeur. Bij toeval kennis gemaakt met de wereld van de Perzische tapijten waarin hij is uitgegroeid tot expert die soms als taxateur opdraaft in het tv-programma ‘Tussen Kunst en Kitsch’. Hij sleepte me bijna letterlijk mee naar de bovenverdieping die hij met vriendin Marijke bewoont. Van daaruit werd een steile trap genomen naar de zolder, die wellicht ooit nog zal worden omgebouwd tot een ruimte voor een ‘bed & breakfast’. Daartoe uitgedaagd klom ik door een luik om uit te komen op de dakgoot tussen woonhuis en kerkgebouw. “Als je valt word je door de Heere gedragen”, grapte Lokhorst. Ik haastte me om de terugweg naar de speelzaal te vinden.

In die speelzaal – waar men bij afwezigheid van de koster lang van drankjes verstoken was gebleven – werd gaandeweg duidelijk dat ‘de Heere’ ons achttal niét zou dragen. Een achttal, dat qua bordvolgorde ten opzichte van de voorgaande wedstrijden gewijzigd was met het oog op de opstellingen die De Willige Dame had toegepast. Zo was in goed onderling overleg Cander Flanders tot kopman gepromoveerd en vormden onze sterkste spelers een krachtig middenrif. “Aan onze opstelling zal het niet liggen”, liet Leo Verhoeven, voor eenmaal niet aan het hoogste bord geposteerd, vooraf weten. Die mening ben ik ook achteraf nog steeds toegedaan, hoewel de Dordtenaren goeddeels in een onverwachte volgorde aantraden. Dat kon ook, begreep ik, omdat voor het eerst dit seizoen met de beste schakers van de club kon worden gespeeld.

Al vanuit de opening was Arno van Houten in een gedrukte stelling beland. Ook Ruud Dröge moest vechten om het evenwicht niet te verliezen en Leo slaagde er niet in om met een ver opgerukte pion overwicht te krijgen. Cander keek van onder zijn zwarte petje somber naar de ontwikkelingen die zich voor zijn neus afspeelde. Gecompliceerde stellingen van Pim Kleinjan en André Boon boden weinig houvast voor een gegronde prognose. Gilles Donze had een prettige positie bereikt, maar een winstplan was lastig te vinden. Alleen de partij van Davin Mostert gaf aanleiding tot enig optimisme.

In de slotfase, gekenmerkt door heftige tijdtekorten aan alle borden, volgden de beslissingen elkaar in hoog tempo op. Davin bracht zijn team ruim na 23.00 uur aan de leiding, maar verder dan één vol punt zou Erasmus niet komen. Pim verloor de controle en werd van het bord geschoven en datzelfde gold voor Leo en Arno. Ruud slaagde er met een geweldige krachtsinspanning in om heel knap een half punt op het droge te brengen. Nog steeds was de kans op (minimaal) een gelijkspel niet verkeken, omdat Cander heel knap op winst aankoerste. Gilles moest toestaan dat een gelijk eindspel werd bereikt (remise). De finale pakte dramatisch uit. André, die zijn tegenstander op de rand van de nederlaag had gebracht, vergiste zich en verloor een stuk plus de partij (Zijn commentaar: “Dat doe ik nou altijd. Als mijn tegenstander snel speelt omdat zijn tijd bijna op is, ga ik in zijn tempo mee. Stom, stom, stom.”). Het was de genadeklap voor de bezoekers. Bij de tussenstand 5 – 2 zag Cander tot afgrijzen van zijn teammakkers een direct winnende zet over het hoofd. Hij koos voor eeuwig schaak om dat te verklaren met de woorden: “Ik heb zó lang slechter gestaan dat ik, ook met het oog op de klok, al blij was dat ik met remise weg kon komen…”

Na deze 5½ -2½ nederlaag is Erasmus 2 koploper af. Mét De Willige Dame wordt de tweede plaats gedeeld. Nieuwe koploper is Dordrecht 2 en die treffen we – opnieuw uit spelend – op 13 december. Bij winst liggen we nog steeds op (ram)koers…

De Willige Dame 1      1977 - Erasmus 2               1855 5½ - 2½
1. Freek Schouten      2106 - Cander Flanders         1839 ½  - ½ 
2. Arjon Severijnen    2144 - Pim Kleinjan            1852 1  - 0 
3. Joop de Jong        1974 - Gilles Donze            1851 ½  - ½ 
4. Remco van Vaalen    2123 - André Boon              1885 1  - 0 
5. Hans Nunnikhoven    1859 - Leo Verhoeven           1944 1  - 0 
6. Naomi Snikkers      1892 - Arno van Houten         1855 1  - 0 
7. Edwin van Dongen    1968 - Ruud Dröge              1799 ½  - ½ 
8. Johan Went          1747 - Davin Mostert           1816 0  - 1

Kijk hier voor alle uitslagen van het tweede team in de RSB competitie.

Henk de Kleijnen