Jubileumavond 125-jarige bestaan
De jubileumcommissie, bestaande uit Carel Keller, Jaap van Meerkerk, Ruurd Ouwehand en Jan Smit, had tijdens de jubileumavond een mooie schaakquiz voorbereid.
Kan jij het beter dan team Regina, die 17 van de 20 antwoorden goed had? Na de ‘Meer Lezen’ is de schaakquiz zelf te doen.
Vragen schaakquiz
1. De oorsprong van het schaken, in de eeuwen voor de geboorte van Christus, het oerschaken, op 64 velden, moet gezocht worden in:
A. België
B. India
C. Indonesië
D. Jemen
2. Wat had je bij de oerschaken niet nodig?
A. Dobbelsteen
B. Bord
C. Notatieformulier
D. Vier personen
3. De Indische meester Mir Malik Sultan Khan kwam in 1928 naar Engeland. Hij kon heel goed schaken, maar hij was nog niet bekend met alle regels. Wat kwam hem wel bekend voor?
A. En passant slaan
B. Dubbele stap van de pion
C. Promotie van een pion
D. Rokade
Khan maakte zich deze voor hem nieuwe regels snel eigen en versloeg zelfs Capablanca en Tartakower.
4. Het schaken zoals wij dat nu spelen staat dichter bij het spel van de Perzen dan bij het Indische spel. Als men de koning aanviel moet men vol respect … roepen, het Perzische woord voor koning. Het betekende “Pas op, koning!”
A. Schach!
B. Dam
C. Jaque
D. Shah!
5. In de Perzische cultuur van het schaken zei men als de koning werd matgezet “Sjahmat” Dat betekent:
A. Hulpeloos
B. De koning ligt
C. Kansloos
D. Dood
6. De benaming van de stukken werd aan de Perzische cultuur aangepast. De olifanten verving men door:
A. Torens
B. Paarden
C. Lopers
D. Pionnen
7. In de achtste eeuw werd ook Perzië door de Moren veroverd en al snel kwam het schaakspel voor in:
A. Arabië
B. België
C. Frankrijk
D. Spanje
In de Middeleeuwen bewoog de loper zich op een andere manier over het bord en mocht slechts drie velden schuin vooruit.
8. In veel gedichten is sprake van schakers die in verwarring gebracht waren door:
A. De kans op een besmettelijke ziekte
B. De kans een lichaamsdeel te verliezen bij verlies
C. De schoonheid van hun aanwezige vrouwen
D. Het belabberde spel hun tegenstanders
9. De oud-wereldkampioen Emanuel Lasker ontwikkelde zelf ook een variant van het damspel. Het heette:
A. Damska
B. Drammen
C. Damlas
D. Laska
10. Wie werden geen wereldkampioen? Philidor, Steinitz, Tal, Korchnoi, Bogoljubov, Kramnik, Anand, Morphy.
A. Philidor en Korchnoi
B. Kramnik en Morphy
C. Korchnoi en Bogoljubov
D. Bogoljubov en Steinitz
11. Schrijf de namen van Mozart en die van een wereldkampioen schaken, die sprekend op hem lijkt, onder de plaatjes!
12. Wie is dit en wanneer leefde hij?
A. 1568 – 1648
B. 1600 – 1668
C. 1736 – 1800
D. 1836 – 1900
13. Wie is dit?
14. Wie is dit?
15 . Wie is dit?
16. Hoe vaak speelden Anatoli Karpov en Garri Kasparov een tweekamp om het wereldkampioenschap?
17. Wie was van 1886 tot 1894 de eerste officiële wereldkampioen schaken?
A. Emmanuel Lasker
B. Wilhelm Steinitz
C. José Capablanca
18. Wie won het 25e Hoogoventoernooi in 1963?
A. Michael Botwinnik
B. David Bronstein
C. Jan Hein Donner
19 In 1914 ging de geplande match om de wereldtitel tussen Lasker en Rubinstein niet door omdat:
A. De Eerste Wereldoorlog was uitgebroken
B. Rubinstein was ziek
C. Lasker zich had teruggetrokken
20 Welke Nederlandse grootmeester speelde in 1999 in een match gelijk tegen Anatoly Karpov?
A. Paul van de Sterren
B. Jan Timman
C. Jeroen Piket
Antwoorden schaakquiz
Hieronder zijn alle antwoorden te vinden. Door de tekst achter de vraag met de muis te selecteren, worden de antwoorden op de vraag zichtbaar.
1. B. India
2. C. Notatieformulier
3. C. Promotie van een pion
4. D. Shah!
5. A. Hulpeloos
6. B. Paarden
7. A. Arabië
8. C. De schoonheid van hun aanwezige vrouwen
9. D. Laska
10. C. Korchnoi en Bogoljubov
11. A= Francois Philidor B= Wolfgang Amadeus Mozart
12. D. 1836–1900
13. José Raúl Capablanca
14. Paul Morphy
15. Emanuel Lasker
16. Vijf keer
17. B. Wilhelm Steinitz
18. C. Jan Hein Donner
19. A. De Eerste Wereldoorlog was uitgebroken
20. B. Jan Timman