Een verdiende overwinning
Aan het eerste bord werd Danny Hetharia verrast door de voor hem onbekende Nimzowitsch-Larsenaanval.
Dat klinkt heel vervaarlijk maar begint slechts met het simpele 1. b3 en heeft de bedoeling om na fianchettering van de loper druk op het centrum uit te oefenen. Het was de Georgische grootmeester Baadur Jobava die deze opening enige jaren geleden weer eventjes actueel maakte.
Danny verblikte en verbloosde niet en begon met zijn gezonde (schaak)verstand een overwegende stelling op te bouwen, die hem een fors stellingsoverwicht bezorgde en zijn tegenstander, naast de nodige hoofdbrekens, een dringende tijdnood. Alhoewel Danny de witte koning danig in het nauw bracht lukte het hem niet om de beslissende slag te slaan en kwam ook hij zeer krap in de tijd te zitten. Een verstandig besluit volgde; het werd remise!
Jeroen Landsheer bezorgde zijn teamleider het hierna volgende commentaar: Aan bord 2 met wit ging het niet soepel, zwart had op een paar momenten het initiatief kunnen en moeten nemen. Ik begon een aanval op de koning die niet echt van doorslaggevende aard werd, maar mijn stukken waren wel zodanig gepositioneerd dat mijn tegenstander bij de minste of geringste fout in het nadeel zou komen. Dat gebeurt dan ook, zwart sloeg mijn pion op f5, waarmee de g-lijn voor mijn dame werd geopend. Nadat ik met dame g7 schaak had gegeven en de koning naar e8 was verdreven, sloeg ik de pion met exf5 en werd de e-lijn geopend voor mijn toren. Het gevolg was dat de zwarte dame die op e7 stond was gepend en dus verloren ging. Daarna gaf zwart op.
Bram de Knegt was weer terug van een lange vakantie en liet zien dat hij volkomen uitgerust en ontspannen was om met wit een partij met Indische structuren behoedzaam naar winst te brengen, terwijl Alik Tchavelachvili uiteindelijk na hevig tegenspartelen zijn London system in een (br)exit zag eindigen.
Ook Mischa van Vlaardingen verwende mij met een eigen verslagje: Behalve de Amerikaanse vaantjes hing vanaf het begin af aan, ook, een overwinning van het team in de lucht. De thuislocatie kan ik inmiddels vinden, dus ik mocht deze keer de hele tijdspanne benutten. Er kwam tegen Joost Mooijweer een Schmid-variant van de Aljechin op het bord. Een opening waar ik mezelf aardig thuis in waan… Doordat mijn tegenstander wel heel erg voortvarend met zijn pionnen naar voren stormde forceerde ik een afruil van dames en lichte stukken, waarna mijn toren vrij baan kreeg. Nadat de eerste pion sneuvelde was het wachten op de volgende pion… Helaas voor de partij liet hij daarom de toren instaan. Het eerste punt was daarmee binnen.
Joost Mooijweer – Mischa van Vlaardingen
Ook Daan Gijsbertse klom in de pen en liet (overigens geheel volgens de waarheid) het volgende op ons los: Mijn tegenstander speelde Hollands met zwart, waarbij het mij al snel lukte om een ruil van zijn f-pion tegen mijn e-pion te ontlokken. Toen hij vervolgens kort rokeerde, kwam zijn koning hierdoor redelijk kwetsbaar achter zijn overgebleven g- en h-pionnen te staan. Bij het verdedigen daarvan kwam één van zwarts toren dusdanig in de knel dat ik deze af kon ruilen tegen een paard en een tempoverlies. Dat laatste maakte de partij ondanks het kwaliteitsvoordeel toch nog lastig: zwart kon e4 spelen, waarmee al mijn stukken behoorlijk opgesloten kwamen te staan en zwart juist alle ruimte kreeg om zijn paard, lopers, overgebleven toren en dame naar sterkere velden te ontwikkelen. Uiteindelijk lukte het toch om een voordelige doorbraak te vinden en de partij naar me toe te trekken. Maar dat voelde - ondanks de kwaliteitsvoorsprong - toch als een zwaarbevochten overwinning.
Karel de Neef had het (Noorder)licht gezien en trakteerde zijn tegenstander op Scandinavische sferen. Daar wit geen trollenstreken tot zijn beschikking had kwam ik langzaam, maar feilloos trefzeker, tot vele dreigingen in het centrum, en had parallel twee oersterke lopers gericht op de lang gerokeerde witte monarch. Het resultaat laat zich raden, na winst van twee pionnen en een stuk was het lot beslist.
Peter Ruimschoot had zin in een Engelse opening en kon zijn Angelsaksische lusten in ruime mate botvieren op zijn tegenstrijder, die er aanvankelijk weinig genoegen in schepte om het initiatief te nemen. Peter nam daar met welnemen kennis van en greep zijn kans en het overwicht in de partij. Nadat hij een gewonnen stelling had bereikt kon hij het echter niet laten om zijn welbekende voorkeur voor tijdnood te berde te brengen, en moest na het offreren van enkele houtjes het hoofd buigen na de tijdsoverschrijding.
Eind goed al goed, de winst was binnen tegen onze uiterst sympathieke tegenstrevers 5½-2½. Ons team staat nu op een gedeelde tweede plaats en krijgt nog twee aanmerkelijk zwakkere teams op het tableau. Dat belooft dus nog wat spektakel. Kijk hier voor alle uitslagen en de stand in klasse 3C van de RSB-competitie.
Karel de Neef