Verrassingen?!?, the only way is up en thriller of giller

Ronde 3 van de finales van de interne competities. De speelzaal begint weer als vanouds vol te lopen. In totaal nemen om 20.00 uur 29 spelers plaats achter het bord. Alleen ondergetekende nog niet.

Met een heel voorzichtig sprintje, meer snelwandelend?!? of – laat ik eerlijk zijn – gewoon wandelend, haast ik mij naar de speelzaal. Zo’n vijf minuten over achten zit ik ook achter het bord.

Ik voel een geluksmomentje, voor het eerst sinds hele lange tijd hoef ik niet meer de gezondheidscheck te doen, hoef ik geen QR-codes meer te scannen en kan ik gewoon vijf minuten te laat komen 😉

Welkom aan de nieuwe gezichten

Na de eerste zetjes te hebben gedaan maakte ik een rondje door de speelzaal. En dat bracht een mooie verrassing! Verschillende onbekende gezichten achter de borden en dat in de interne competitie. En een blik op de borden werpende stonden er ook prima gezonde stellingen op het bord! Nieuwkomer Art Hoogendijk wist Jonathan van Es goed weerstand te bieden (het verslag en de partij zijn hier na te lezen).

Gerwin de Jong debuteerde zelfs met een overwinning op Ronald van Schaik! Welkom heren.

De recent lid geworden David Renger deed het ook zeer goed met een fraaie overwinning op Rens Hesselmans! Leuk om zoveel nieuwe mensen bij onze vereniging te mogen ontmoeten!

A-finale

In de A-finale waren er twee partijen. Pieter Sturm behaalde zijn tweede punt met een prachtig matmotief tegen Ruud Neumeijer. Wim Posthumus en Paul Wilhelm maakten er een ware ‘thriller of giller’ van! Paul trok aan het langste eind.

Zie hieronder de verslagen van Pieter en Paul.

Pieter Sturm – Ruud Neumeijer

Pieter mailde: Hier de partij tegen Neumeijer, wel leuk om na te spelen denk ik.

Wim Posthumus - Paul Wilhelm

Paul schreef op mijn verzoek: Thriller of giller! Onze partij: een moderne Pirc-verdediging met expansie van wit op de koningsvleugel en van zwart idem op de damevleugel. Zwart zette de dame op a5 (atypisch volgens het beest) en hierna zijn paard op b6. Eigenlijk moet je met b4 het paard op c3 verjagen in dit systeem, maar dan sta je ook slecht.

Wim bekeek het goed, of was het een misrekening? Een pionoffer op a4, nog een op b4 en de zwarte dame leek gevangen. Leek, dus Wim was genoodzaakt er een kwaliteit in te stoppen, wel voor twee potentiële vrijpionnen.

De computer vond het nog steeds prima voor wit; eigenlijk bleef wit heel goed staan totdat het misging. Zwart speelde onder opoffering van nog een pion zijn paard naar blokkadeveld d7 en toen... De zet die wit speelde om de pion op e5 te dekken (f4) was niet de beste. Zwart counterde met c5 en nu had Wim in moeten gaan op een complexe variant met wederzijdse offers en torenvork. In tijdnood bleek dat teveel; zijn dame ging naar a5, zwart ruilde een loper op g2 en won een aanvalstempo op de dame en de witte stelling stortte na slaan op f4 ineen.

Wit probeerde nog wat leuke trucs met dreigend dameverlies voor zwart, maar een penning moest hem fataal worden. Hij liep uit die penning en werd mat gezet.

In de aftermath vond Wim dat er met pion naar d7 een dame gehaald had kunnen worden. Ok, maar na schaak op d8 zou komen Te8 en zou wit schaak staan (vanwege die penning en aftrek). En ook dan zou het mat gaan.

B-finale

In de B-finale stonden er 13 partijen op het programma! In deze ronde waren er minder verrassingen dan in de vorige ronde. Of wellicht eigenlijk helemaal geen verrassingen? Wat wanneer is een uitslag nu wel of niet een verrassing? Is een remise tegen een speler met zo’n 150 ratingpunten een verrassing of is dit eigenlijk eerder een te verwachten resultaat? En dan nog los van de eeuwige focus op de ratingpunten, die na de schaakluwe coronaperiode wellicht ook nog wat minder betrouwbaar zijn...

Mijn conclusie voor deze week is dus daarom eigenlijk: er was deze ronde geen enkele verrassing 😉

Gelukkig deze week ook weer verschillende mooie verslagen uit de B-groep. Met dank aan Arend, Peter, Jeroen en Jonathan.

Peter Weeda - Jaap van Meerkerk

Peter mailde: In onze competitie is het lastig voorbereiden, je kunt de stand goed bestuderen en de manier van indelen kennen, maar toch is het voorspellen tegen wie je mag aantreden een lastige klus. En ook de kleur trouwens. Ik had gedacht: nou tegen Bram of Jaap, met zwart en keek daar wat varianten voor na.

Maar jawel hoor, inderdaad tegen Jaap, maar met wit. We spelen beide Grünfeld en kennen dat dus wel, maar ik wist ook dat Jaap sommige varianten (de Sevilla) heel goed kent dus ik week snel af met Ld2. Een beetje slap, dat geef ik toe maar als zwart het niet kent kan het makkelijk misgaan.

Nu kende Jaap het niet maar hij speelde het wel goed en kon al snel het initiatief nemen. Nog niet zoveel aan de hand, maar ik bleef wat onnauwkeurig spelen en Jaap kreeg nu alle spel en flink voordeel. Leo de Jager zei later dat mijn pionnenstructuur de slechtste was die hij ooit had gezien en dat is wellicht wat overdreven, maar niet eens heel veel.

Toch was het net te keepen. Er resteerde een ongelijke loper eindspel met een zwarte pluspion en Jaap bood al vroeg remise aan. Dat nam ik zeer gretig aan natuurlijk. Pietrow had de partij nauwgezet gevolgd en vertelde waar het beter had gekund. Jaap wist me later per app te melden dat de computer de door Pietrow gewraakte zet ook speelde en het idee erachter apprecieerde.

Jeroen Landsheer - Harry Stroosma

Jeroen vertelde: Mijn partij tegen Harry was er één zonder complicaties. Ik won een pion uit de opening en wist het voordeel om te zetten in winst. Dat was mijn simpele gedachte althans na de partij.

Na analyse bleek dat er nog een mooie, tactische wending in zat voor zwart. Dat was in de volgende stelling.

Arend Bongers - Frank van Zutphen

Arend blikte terug op de partij. Mijn laatste partij tegen Frank is al van veel jaren geleden. Ik wist dat hij Frans speelde, maar de variant met 6. .. f6 kende ik niet.

Na 7. exf6 had zwart geen problemen. Beter zou 7. Ld3 zijn. Tot de 27e zet van wit werd het evenwicht niet verbroken, beide partijen speelden correcte zetten (volgens Stockfish). Wit had een voordeeltje tot een half punt.

Na 27. .. Kh7? ontstond er een tactische mogelijkheid voor wit om een stuk te winnen, gebaseerd op de onhandige opstelling van de zwarte torens. Beter zou 27. .. Tee8 of Tff7 zijn geweest. Na het gespeelde 28. Lg7 was remise onvermijdelijk, maar ik zag niet dat wit met 28. Lb6 een stuk kon winnen. De loper op d6 kon niet weg wegens Ld8 of Lc5 en kon ook niet gedekt worden.

Jonathan van Es - Art Hoogendijk

Jonathan schreef: The only way was up voor mij in aanloop naar de derde ronde. Na een Zwitser gambiet te hebben gespeeld in ronde 1 tegen Peter Weeda en in ronde 2 een remise ‘cadeau’ kreeg was het wel tijd voor een vol punt.

De wedstrijdleiding had mij de witte stukken gegund en ik kreeg Art tegenover mij. Ik kon in op zet 13 een pion winnen, maar ik durfde dat niet aan. Angstig om teveel tempo te verliezen met de ontwikkeling van mijn stukken.

Dit bleek de juiste keuze te zijn geweest; met het geduldige spel aan mijn kant, kwam ik op zet 20 alsnog een pion voor. In mijn hoofd probeerde ik de wijze lessen van Frank toe te passen en weinig zwakheden in mijn pionnenstructuur te creëren.

Na een kwaliteit voor te komen, en greep ik mijn kans voor een gedwongen dameruil. Hierna was het gespeeld voor zwart en dat zag Art na zet 46 ook.

Tot slot

Dat was het weer voor deze week.

Kijk hier voor alle uitslagen en de stand van de A-finale of kijk hier voor de uitslagen en de stand in de B-finale.

Frank van Zutphen