Het zijn drukke tijden bij Erasmus in de maand april. Iedere maandagavond de finales van de interne ompetitie en bijna iedere donderdagavond in april wedstrijden voor de RSB-competitie. En dan speelt Erasmus na de bekerstunt tegen bekerhouder Charlois Europoort in april ook nog de kwartfinale van het RSB-bekertoernooi tegen Onésimus.

Het derde van Erasmus gaf donderdag 7 april het goede voorbeeld. Zij werden glorieus kampioen van klasse 2A van de RSB-competitie. Gefeliciteerd heren!

Vooruitblik finales

Na 7 van de 11 ronden begint er steeds meer tekening in de strijd te komen. In de A-groep is Eric Hoogenes de trotse koploper met 4 uit 4, maar hij moet nog spelen tegen zijn directe achtervolgers Leo Verhoeven en Pieter Sturm die er met 3 uit 4 beiden ook nog goed voorstaan!

In de B-groep gaat Marcel Tillemans nog steeds aan de leiding met 6 uit 7, direct gevolgd door Henk Ochtman met 5½ uit 7. Met 5 uit 7 staat Bram de Knegt op een prachtige derde plek in de tussenstand samen met onze wedstrijdleider Arno van Houten, die in ronde 7 de ‘battle of the intern  wedstrijdleiders’ won. En daarachter is er weer een groepje met spelers van 4½ uit 7 heel knap aangevoerd door Jeroen Landsheer (met een +1,05 score).

Het is ook altijd leuk om een overzicht te maken van de spelers die het veel beter doen dan op grond van hun rating verwacht zou mogen worden. Koploper Marcel Tillemans heeft een score van +1,8 (ofwel 1,8 punten meer gescoord dan op grond van zijn rating verwacht zou mogen worden). De eerder genoemde Bram de Knegt heeft zelfs een plusscore van 1,99! Ook Alik Tchavelachvili (+0,91) en Rinus van der Linde (+0,91) kunnen terugblikken op goede prestaties in de eerste zeven rondes van de finales.

Maar nu naar de partijen en de inzendingen van de spelers zelf. Deze week met dank aan Anton, Bram, Eric,  Henk, Karel en Wim.

A-finale

Eric Hoogenes – Ruud Neumeijer

Eric schreef: Het was een interessant potje, waarin ik dacht na 14. d5 materiaal te winnen maar ik had 20. .. Da4 volledig over het hoofd gezien.

Na 21. Lg5 was Ld8 dan een adequate verdediging  geweest. 21. .. Lb4 zag er goed uit, maar bleek toch onvoldoende, al was 23.. g6 een veel stuggere verdediging geweest. In de slotstelling gaf Ruud op omdat hij 25. Th7 met mat had gespot. Ik was enigszins verrast omdat ik nog zat te kauwen op 25. Pe5. Wat ook voldoende is maar nog wel wat zetten duurt.

Martin Rensen - Wim Posthumus

Wim blikte terug: Mijn duels met Martin zijn altijd mooie gevechten. Fraaie wendingen en afgrijselijke blunders wisselen elkaar af. Deze partij was daarop geen uitzondering. Het voordeel van een gesloten kampioengroep met vooraf bepaalde indeling heeft het voordeel dat je je nog eens op je tegenstander kunt voorbereiden. Tegen Martin wordt het altijd Siciliaans als ik wit heb of Nimzo- of Dame-Indisch of overgang naar Damegambiet als ik zwart heb. Maar ook bij zo’n openingenpakket is er genoeg variatie mogelijk.

Dit keer had ik zwart. Nimzo-Indisch dus in de klassieke variant. ‘s Middags in de voorbereiding nog op het bord gehad. De opening verliep langs de gebruikelijke patronen. In het middenspel trok Martin zijn stukken samen op de koningsvleugel; zwart  zocht tegen kansen met zijn meerderheid op de damevleugel. Tot ik met 28. .. Te6 in de fout ging door de opmars e4, die ik tot dan de gehele partij had verhinderd te overzien. De witte aanval was  doorslaggevend geweest als er op het bord niet een muis error 38. Df3 i.p.v. Df4 was uitgevoerd. Nu won zwart met 38. .. Lg4 een volle toren. De bedenktijd was inmiddels geslonken tot minder dan vijf minuten.

Het was echter nog geenszins een gelopen koers. De zwarte koning stond in zijn blootje. Ten prooi aan vernietigende schaak dreigingen. Zo zag ik gelukkig bijtijds dat 49. .. Kf8 na 50. Df5+ de ongedekte toren op c8 verloren zou gaan. Eeuwig schaak hing ook in de lucht. Maar Martin haalde zijn overgebleven toren erbij en creëerde nieuwe mat dreigingen. Aan de andere kant speelde ik zo
scherp mogelijk tegen richting de vijandige koning. Intussen had wit wel drie pionnen voor de toren veroverd.

De laatste valstrik: geen 52. .. Dh7+, want dan 53. Th3 en zwart verliest de dame en de partij. Met 52... Dc7+ kon ik nu de torens ruilen. Maar 53. .. Tc3 vereenvoudigde de stelling nog meer en de overgebleven strijd van toren tegen pionnen zou zijn gewonnen. Nu kon ik de witte koning gaan opjagen. Mat beelden kwamen op het bord.

Gelukkig keek ik even uit mijn ooghoeken links naar de klok. Nog maar zeven seconden. Toen de vijandige koning naar de vijfde rij was gedreven, kon ik dameruil forceren. Het overgebleven  eindspel van toren tegen drie pionnen bij afgesneden witte koning was eenvoudig voor zwart gewonnen.

B-finale

Bram de Knegt - Marcel Tillemans

Bram mailde: Zoals ik vorige keer al schreef: als het goed gaat mag je tegen een sterke tegenstander. Dan is weliswaar punten maken veel moeilijker, maar je gaat er wel extra voor zitten. Maandag 4 april mocht ik met wit tegen de nummer 1 van dat moment: Marcel.

Een Nimzo-Indisch, waarin ik direct a3 speelde en Marcel na ruil antwoordde met b6 en Lb7. Daar moest ik wel even over nadenken. Die loper keek verrekte nadelig recht mijn koningsvleugel in. De zet f3 vond ik wel nodig, maar gaf Marcel de mogelijkheid tot h6 en g5 en even later Tg8. Maar niet kort rokeren dacht ik.

Dat leidde tot een stevige strijd in het centrum, met vooral op de damevleugel ook pion zetten. Tot doorslaande aanvallen leidde dit allemaal niet totdat Marcel op de 24 ste zet even vergat dat zijn dame twee functies had hetgeen hem een pion kostte. Door de open stelling kon ik nog een pion winnen, maar in het vervolg won Marcel er een terug. Dat was vooral mogelijk doordat mijn koning nog steeds op e1 stond Marcels toren op e8. Penningen dus.

En toen speelde ik te snel. Ik had weer een pion kunnen winnen door een tussenschaakje. Niet gezien! Toen die rookwolken waren opgetrokken: Allebei twee torens en een loper, plus vijf pionnen.
Mijn vrijpion op d5 kon ik niet houden en moest ik inruilen voor een vrijpion op de a-lijn. Dat leidt vaak tot remise en zo ook nu. Een leuke partij met behoorlijk veel spanning en het eerste halve verliespuntje voor Marcel!

Emil Verhoef - Henk Ochtman

Henk mailde: Hierbij ook mijn partij tegen Emil Verhoef. Zoals je kunt zien is het afgelopen met de subtiele openingen Met h5-h4 een pionoffer om te beginnen en als afsluiting een prachtige mat combinatie op de andere vleugel. En ik ben het niet eens met mijn computer die steeds mijn sterke loper op g7 wil ruilen tegen het kreupele paard op c3.

Arend Bongers - Karel de Neef

Karel blikte terug. Vladimir Sergeyevich Antoshin is een weinig bekende Russische grootmeester op wiens ideeën ik mijn zwarte verdediging en counterplay baseerde in het treffen met Arend. Het is een wat heimelijke en verscholen wijze van ontwikkeling, met een ogenschijnlijke passieve stukvoering, die gepaard gaat met een uiterst solide pionnenstructuur.

Vladimir Sergeyevich was in de jaren 50 van de vorige eeuw een bescheiden subtopper in de Russische schaak-scene, die evenwel succesvol was in diverse studenten olympiades en enkele Sovjet kampioenschappen. Dat heimelijke in zijn schaakspel liep kennelijk parallel met zijn, onder andere door Taimanov, gesuggereerde connecties met de KGB.

Arend, die ruiterlijk toegaf zich niet thuis te voelen in deze opening, beet zich dan ook gretig stuk op mijn stelling en kwam net als ik na 21 zetten tot de conclusie dat wij, na een overigens boeiende strijd, elkaar een plezier deden met een half punt, maar dat terzijde. We hadden onze hersenen weer op een prettige en indringende wijze ingezet en mede vorm gegeven aan onze altijd weer  sfeervolle clubavond.

Anton van Bokhoven - Harry Nefkens

Anton vertelde: Als aanvoerder van de witte stukken speelde ik de Bird-opening 1. f4 Pc6. 2. Pf3 Pf6 enz. Dit en de volgende zetten beantwoorde Harry razendsnel tot ik op de elfde zet een paard op het vrije veld e6 kon plaatsen met aanval op dame en toren. Na de toren geruild te hebben voor mijn paard ontstond op de koningsvleugel veel ruimte om aan te vallen. Harry verdedigde zich dapper en met grote snelheid, maar na afruil van enkele lichte stukken ging hij mat achter de paaltjes.

Het verloop van de partij kenmerkte zich door de grote snelheid van zetten. Rond 21 uur had ik mijn jas alweer aan en na Harry een slinger gegeven te hebben richting Irenebrug, zat ik ruim voor 22 uur met een glas Châteauneuf-du-Pape in mijn luie stoel.
Dat was het weer voor deze week.

Kijk hier voor alle uitslagen en de stand van de A finale of kijk hier voor de uitslagen en de stand in de B finale

Frank van Zutphen