Handhaving na goede overwinning!

Zaterdag 23 april speelde het eerste van Erasmus de belangrijke wedstrijd tegen het vierde van LSG in klasse 3F van de KNSB-competitie. Een belangrijke wedstrijd, want met een zege konden wij ons definitief veilig spelen in deze klasse met nog één ronde te gaan!

Het werd een prachtige 5-3 waardoor het eerste team zich ook volgend jaar weer op mag maken voor de derde klasse van de KNSB. De zege kwam zeker niet zonder slag of staat tot stand. Na ongeveer 2,5 uur spelen stonden verschillende spelers al wat minder, meer veerkrachtig bogen wij de situatie al voor de eerste tijdscontrole om.

Cander Flanders was als eerste klaar. In een paard tegen lopereindspel met beide een gelijk aantal pionnen wees hij in eerste instantie een remiseaanbod af. Verschillende zetten later werd echter toch tot remise besloten. ½-½.

Niet veel later besloten Pieter Sturm en zijn tegenstander aan bord 1 ook tot remise. Deze zaterdag begon met een vervelend telefoontje van Pieter “Ik voel me eigenlijk helemaal niet goed genoeg om te schaken.” Sh*t, waar halen we nog zo snel een invaller vandaan. Twintig minuten later belde Pieter terug, “Ik voel met weliswaar niet top, maar ik kom toch wel gewoon spelen.” Fantastisch! Wat een teamspirit! En een belangrijk halfje: 1-1!

Het volgende resultaat kwam van Arno van Houten. Hij schreef. Op het achtste bord speelde ik met zwart tegen Ardinda Serdijn. Ik kwam terecht in het Spaans: een anti-classical set-up. Voor mijn gevoel kwam ik zonder kleerscheuren uit de opening. Totaal overzien moest ik in het middenspel een stuk voor twee pionnen offeren. Tijdens de partij bleek het niet een slecht uit te pakken. Ik had veel stukken in het vijandelijke kamp. De verdediging van wit was er echter ook. Mijn tegenstander speelde het heel nauwkeurig. Ik overschatte mijn aanvalskansen en moest dat bekopen met een fraaie tactische wending. 1-2 achter.

Daarna was het de beurt aan Martin Rensen, hij vertelde: Ik speelde met wit op bord 7. De ruilvariant van het Damegambiet kwam op het bord en mijn tegenstander zette het wat ongebruikelijk neer. Ik verbruikte veel tijd om de juiste plekken voor mijn stukken te vinden, en reageerde niet goed op het dreigende initiatief richting mijn koning. Ik miste een ordinaire paardvork hetgeen me een pion kostte. Ik kon wat stukken ruilen waardoor de ergste dreigingen eruit waren, en kon gaan denken aan mijn eigen plannen op de damevleugel. Mijn tegenstander deed echter onbedoeld een paard cadeau. Hij probeerde nog wel gebruik te maken van mijn tijdnood, maar echt spannend werd het niet meer. Toen de dames geruild dreigden te worden gaf hij op. En zo stond het 2-2.

Zelf speelde ik (Frank van Zutphen) met zwart aan bord 2 een niet helemaal geplande drierijenverdediging… Ik ben maar vijf (!?!?) zetten voorbij rij 6 gekomen, namelijk met de volgende zetten: 3. d5, 9. dxc4, 10. Pd5, 23. Pb5 en 25. Dxc5 wat ook meteen de winnende zet was?!? An sich had ik vanaf zet 21 mijn verdediging wel aardig stevig op orde en had wit geen voordeel meer. In ieder geval kwamen we hiermee op een 3-2 voorsprong.

Het volgende punt kwam van Olivier Vrolijk op bord 3. Hij kreeg een prachtige aanval, maar die leek een beetje te verzanden waarna er een erg rommelige stelling ontstond. Die wist onze topscorer tot winst te voeren en zo stonden wij met 4-2 voor.

Het beslissende punt werd binnengehaald door Wim Westerveld (bord 5). Hij deed uitgebreid verslag. In mijn partij eisten de dames zoals dat hoort de hoofdrol op. Van het aanzienlijke ratingverschil was aanvankelijk niets te merken. Integendeel. De eerste dame die voor een onaangename verrassing zorgde was die van zwart, de dame van mijn tegenstander.

In deze stelling dacht ik iets te hebben. De engine twijfelt inderdaad tussen iets voor wit of uitgebalanceerd. Ik had hier net 22. b4 gespeeld en tot mijn verrassing antwoordde mijn tegenstander vrijwel a tempo met 22. .. b5. Geeft dat niet gewoon een pion weg? Ik antwoordde met 23. Pxe5 waarop direct 23. .. Lxe5 24. Dxe5 Txc1 25. Txc1 volgde. En nu verwachtte ik 25. .. Dxa2 en dan zou ik na 26. Dxb5 gewoon een pion voorstaan. Maar mijn tegenstander had dieper gekeken dan ik bij zijn 22ste zet.

25. .. Da3! Dit kwam als een schok. Aanvankelijk wilde ik actief voortzetten met 26. Tc6 en dat zou me volgens de engine licht voordeel gegeven hebben. Maar ik durfde het niet aan om, met niet zoveel tijd meer, zwart een vrijpion op d4 te geven en speelde het passieve 26. Td1 waarna het gelijk stond.

Voordeel was wel dat mijn tegenstander zijn stelling begon te overschatten. Na 26. Dxb4 27. f4 Tc8 28. f5 Pf8 kon ik aan mijn dame de hoofdrol geven die ten onrechte niet betwist werd 29. Dd5!
Zwart moet gedacht hebben dat hij de verdediging met een gerust hart aan zijn paard kon overlaten en viel binnen op de tweede rij. Hij overzag echter een bekende wending.

29. .. Db2? 30. e5 Tc2? 30. e6 en uit! De witte dame en haar twee secondanten konden het nu alleen af. De dreigingen 31. e7 en 31. exf7 waren niet goed meer te pareren.

Er volgde nog 30. .. Txg2 31. Dxg2 Dxg2 32. Kxg2 fxe6 33. fxe6 Pxe6 maar het eindspel met een kwaliteit meer was niet moeilijk meer (1-0).

Tussenstand: 5-2 voor! De matchpunten waren binnen, wij waren veilig!

Leo de Jager (bord 4) was als laatste nog bezig, hij mailde: De partij tegen Ruud Dobbelaar is me nog steeds een raadsel. Al vroeg in de partij had ik de witte koningstelling opgeblazen en omgetoverd in een tochtige ruïne. Tot mijn verbazing kon ik de genadeklap niet vinden. Ik bleef er wel naar zoeken en ging daarbij te ver. Wat overbleef was een toreneindspel wat te treurig was om aan te zien. Mijn tegenstander heeft zijn stinkende best gedaan om zo langzaam mogelijk te winnen en meerdere stellingen zijn twee keer op het bord geweest, maar daar hebben we niet zo veel aan. Helaas kwam hij op het lumineuze idee om dan maar met zijn verbonden vrijpionnen te gaan lopen en toen was het einde toch nog onontkoombaar. Gelukkig hebben we ons toch veilig gespeeld. Eindstand 5-3 voor Erasmus 1.

Terugkijkend hebben we met het eerste een goed seizoen gedraaid. De start was moeizaam met alleen een gelijkspel tegen Overschie 1, maar in het tweede deel van de competitie kwam de machine goed op gang en wonnen wij overtuigend van Voorschoten 2, DSC Delft 3 en LSG 4.

Dank aan alle spelers en invallers voor hun bijdrage aan deze mooie prestatie!

Kijk hier voor alle uitslagen en de stand in klasse 3F van de KNSB-competitie.

Frank van Zutphen