De opgaven
De eerste avond van het zomerschaak stond in het teken van de schwindel. Henk Ochtman nam de aanwezige deelnemers mee in de wereld van de schwindel. De schwindel: in een verloren stelling niet zozeer de beste (computer)zet spelen, maar die zet waarmee de tegenstander wordt uitgelokt om een fout te maken!
Geïnspireerd door het boek ‘The Complete Chess Swindler’ van David Smerdon besprak Henk een groot aantal boeiende stellingen. Vandaag (na de Lees Meer) de opgaven, in het weekend volgen op deze website ook de antwoorden van de opgaven!
Ochtman – Van Wely, Nijmegen 1985. Trojaans paard.
Furman – Smejkal, Tallinn 1971. 1. Pe4+ Kf3 2. Pxc5 a2 verliest. Kan wit na 1. Pb3 a2 remise maken?
Portisch – Kavalek, Montreal 1979. 1. Lxa5 Kd6 2. b4 is te ongeduldig.
Douglas – Kamau, Nairobi 2018. Zwart dreigt c2 met promotie. Wit kan op eeuwig schaak spelen.
Petrosjan – Hazai, Schilde 1970. Kan zwart een fort bouwen?
Sevian – Gareyev, St Louis 2019. Hoe staat het? Afleiden, rommelen, trucen.
Muzychuk – Ovod, Novi Sad 2016. Zwart dreigt Dd4. Tegenaanval.
Korneev – Miroshnichenko, Khanty-Mansiysk 2005. Zwart gaf op wegens De5+. Verzin een list.
Pilnick – Reshevsky, New York, 1942. Bedenk een schwindel (pat).
Felgaer – Oral, Ourense 2007. Bedenk een schwindel (pat).
Kholmov – Ehlvest, Volgodonsk 1983. Bedenk een schwindel en de weerlegging.
Sherbakov – Arlazarov, Mingara 1972. Bedenk twee winstvarianten.
