Eerste start met 5-3 nederlaag

Op zaterdag 17 september speelden we onze eerste wedstrijd in de KNSB-competitie 2022-2023. Door omstandigheden niet in de sterkste formatie. Gelukkig beschikken we over voldoende slagkracht van de spelers op de reservebank.

Aan Cander Flanders en Martin Rensen de eer om in de staart de punten binnen te halen. Een sluw plan van de teamleider dat bijna de juiste uitwerking had.

Vlak voor de wedstrijd was het nog even spannend of de spelers uit Amsterdam de weg nog op mochten. Voor de komende uitwedstrijden gelijk een waarschuwing: blijf niet onnodig links op de snelweg rijden. Het bleef bij een waarschuwing.

Op het eerste bord kwam Pieter Sturm in moeilijkheden. Snel na de opening werden de witte stukken actief. De koningsstelling kwam onder druk te staan en dat resulteerde in een verliespunt.

Op het tweede bord speelde Frank van Zutphen. Hij schrijft daarover: Ik speelde tegen een heuse FM, Hajo Jolles. Ik wikkelde af naar de nevenstaande stelling en dacht daar een prettig voordeel te hebben. Mijn tegenstander had net een half uur nagedacht over f6 en nu ging ik de denktank in. Ondanks een tijdsbesteding van ook een half uur zag ik niet hoe ik hier direct voordeel kon behalen. Uiteindelijk koos ik voor b3. Na afruil van beide torens ontstond al snel een remiseachtige stelling. Een remiseaanbod van Jolles kon ik dan ook niet weigeren.

Op het derde bord een prachtig voorbeeld van home-cooking op hoog niveau. Henk van der Velde versterkt dit seizoen de gelederen van Erasmus 1. Hij schrijft over zijn partij: “Mijn tegenstander had ruim twintig jaar geleden een FIDE-rating van maar liefst 2481 en aan zijn gordel bungelen hele en halve grootmeesterscalpen. Ik kon mijn borst dus natmaken.

Er kwam een openingsvariant op het bord, waarin ik met zwart een thuis voorbereid nieuw idee kon toepassen, hetgeen me een klein psychologisch voordeel en een voorsprong op de klok opleverde. Mijn tegenstander navigeerde goed door de verwikkelingen, die al op de zevende zet waren ontstaan, en er resulteerde een middenspel zonder dames, waarin de kansen ongeveer gelijk waren.

Het kritieke moment in de partij viel op de 27e zet, toen mijn tegenstander dacht zonder schade een pion te kunnen winnen. Deze pionwinst resulteerde echter in een fatale opening van de e-lijn, waarlangs mijn toren de vijandelijke stelling binnenviel. Een gevaarlijke vrijpion rende achter hem aan en dwong, eenmaal op d2 aangekomen, mijn tegenstander tot overgave.”

Op het vierde bord kwam Eric Hoogenes in het middenspel in de problemen. Kort na de tijdscontrole belandde er een sterk vijandelijk paard op het veld f3. Noodgedwongen volgde er een kwaliteitsoffer zonder compensatie.

Op het zesde bord speelde Leo de Jager een rustige partij. Hij schrijft hierover: Wit lijkt een droomstelling te hebben. En toen ik een paar zetten geleden op e4 met de toren terug sloeg was ik best wel enthousiast over deze stelling. Maar hier kwam ik tot de conclusie dat na het verleidelijke 13. Pg5 h6 14.Dh5 het er allemaal weliswaar prachtig uitziet maar een vervolg moeilijk te vinden is. Wit staat optisch overwegend maar dreigt eigenlijk niets. Het paard op f8 is, zoals de zwarte dame-gambieters weten een formidabele verdediger dat ook nog eens met geen mogelijkheid te verwijderen is. De computer geeft me deze keer in zoverre gelijk dat hij? ook absoluut niet enthousiast is over de botte aanvalspoging met 13.Ph5.

Na aanzienlijke overpeinzingen kies ik voor 13. Lg5 om na het gedwongen 13. .. f6 met 14. Le3 terug te gaan. De afgedwongen verzwakking van de zwarte koningstelling blijkt echter mee te vallen en de partij vervlakt na een massale afruil snel naar een volledig gelijkstaand paard eindspel. 13.Ph5 blijkt dus achteraf toch een betere praktische poging omdat zwart zich waarschijnlijk toch wat minder op zijn gemak voelt en de zetten lastiger te vinden zijn dan bij concrete dreigingen. Overigens vindt de computer dat in de diagramstelling 13. Dc2 de beste voortzetting is en wit na een voor mij deels onbegrijpelijke zetten licht voordeel heeft.

Op het zevende bord speelde Martin Rensen. Van hem ontving de volgende terugblik: Ik speelde met zwart. Mijn tegenstander speelde de witte Stonewall. Ik dacht lang na hoe het neer te zetten, raakte aan het twijfelen en wisselde halverwege van opzet. Dat kostte me een tempo, wat ertoe leidde dat de stelling geopend werd en een schaakje ervoor zorgde dat ik niet meer kon rokeren. Terwijl ik tijd moest steken in een kunstmatige rokade kon mijn tegenstander rustig aan zijn stelling bouwen en een aanval beginnen. Het bleef allemaal binnen de remisemarge, totdat ik met mijn laatste zet misgreep. Mijn tegenstander offerde een loper in ruil voor 2 pionnen op de 6e rij, en dat kostte me de partij.

En tot slot het verslag van Cander Flanders op bord 8: Afgelopen zaterdag moest ik het op bord acht met de witte stukken opnemen tegen Steve Michel. Het werd een Dutch Defense: Rubinstein Variation. Zwart zette zijn pionnen op c6, d5, e6, f5 en ik probeerde zijn stelling open te breken met e4. Dat is me gelukt en het werd een open stelling met een betere positie voor wit. En doordat zwart ook g5 had gespeeld werd zijn koning ook kwetsbaar. Zijn stukken aan de damevleugel waren ook niet ontwikkeld. Met mijn paard dat zijn stelling infiltreerde en nog wat sterkere positionele zetten kon ik uiteindelijk een mooie combinatie vinden waardoor ik met een kwaliteitsoffer en dan met een dubbele aanval met schaak op zijn koning en aanval op zijn toren met mijn loper een stuk ging winnen. Voordat dat gebeurde gaf mijn tegenstander op.

Tijdens de wedstrijd stond het 3-1 voor Erasmus. Met de resterende borden moesten we voor een gelijkspel nog 1 punt halen tegen de sterke Amsterdammers. Maar dat kwam er helaas niet.

Kijk hier voor alle uitslagen en de stand in klasse 3F van de KNSB-competitie.

Arno van Houten