Keuzes. De hele dag door altijd maar kiezen. Vaak onbeduidend lijkende keuzes die soms achteraf beslissend blijken. Al lijk ik zo zeker van mijn zaakjes, geregeld slaat (ook bij mij) een beangstigende twijfel toe. Gelukkig koos ik voor het rustgevende schaken.

Dat tijdverdrijf werd mij van jongs af opgedrongen. Of nee, toch niet, want mijn beide broers en zussen lieten de schaakstukken van onze pa al gauw voor wat ze waren, schaakstukken, maar niet om mee te spelen. Kennelijk koos ik er zelf voor om mijn potjes te spelen. Die magische stukken zouden me nooit meer met rust laten en de daarmee gepaard gaande keuzestress zou nimmer over gaan.

En al gauw besefte ik dat er voortdurend gewogen en gekozen moest worden. Het was in de tijd dat er in onze straat nog handkarren kwamen langsrijden en de kolenboer wekelijks met een mud op zijn schouders die enge donkere keldertrap aan de Franselaan afdaalde, hetgeen gerust een wereldprestatie genoemd mag worden.

Ik wens jullie, clubgenoten, voor de laatste twee finaleronden de juiste zetkeuzes toe.

Verkiezingen. Ik word er niet blij van deze keer. En wat bezielt ons? Terwijl buiten onze schaakarena een ongewisse wind waait, kan ik niet anders dan deze ongerijmdheid af en toe mee te nemen in dit verslag. Nu, teruglezend, even voor de deadline van inleveren, proef ik het in mijn woordkeuze. Ik besluit mijn tekst ongemoeid te laten in de verwachting dat deze enigszins melancholieke stemming me vergeven wordt. Want mijn gemoed is onzeker geraakt. Ik begeef me tussen vrees en hoop, tussen boosheid en somberte. Hoe lang zou die vreugdeloosheid standhouden? Ik besluit op zoek te gaan. Op zoek naar slingers. Slingers die vrolijk maken.

Eén van die slingers is natuurlijk onze wekelijkse clubavond. Nog twee ronden te gaan, dan zijn de kampioenen bekend. Spannend! Maar de wereld buiten de speelzaal is even uit balans, in de war. Waar gaat het heen? Kom dus maandag maar gauw weer naar binnen, onze speelzaal in.

Onze feestcommissie is mijn andere slinger. Een feestslinger die de somberheid verdrijft. We gingen evalueren. Dat was afgelopen vrijdag. Een beetje commissie evalueert namelijk. Deze keer wogen we het feest van 19 december. Veilig aan een knus tafeltje, afgelopen vrijdag bij Kostas de Griek.

Ik voelde de somberheid van me afspoelen en me ook bijzonder op mijn gemak. Wat wil je, veilig in het gezelschap van twee redders van mensenlevens en een financieel directeur. Art Hogendijk doet reddingswerk op de afdeling Intensive Care van Erasmus (Medisch Centrum) en Karel de Neef deed dat als (voormalig) politiechef in Rotterdam. Ondertussen werden we ingepakt en verpakt door een voormalig directielid van een verpakkingsbedrijf, Ruurd Ouwehand, met zijn exotische verhalen. Al luisterend dacht ik aan Columbus.

Als voorzitter van onze commissie moest ik af en toe proberen het gesprek richting schaakfeest te trekken en wierp onverwacht een A4’tje tussen de giro’s (gyros). Met daarop de activiteiten van 19 december, jullie weten het vast nog wel: het corona-doorgeefschaak van Ruurd, de groepen met meest flauwe namen, de fotowedstrijd, de digitale quiz van Art, het gongschaak van Karel, met van die valse verrassingen, en al die prijzen.

Echt serieus evalueren, tja, in een Griekse ambiance met overal giro’s, wat denk je zelf. Onduidelijk. De commissie vond het vooral gezellig en heeft veel zin in ons volgende feest. Er ging op 19 december teveel goed, dus wij kunnen niet wachten in december 2023 weer wat te organiseren. Helaas voor diegenen die liever een saaie serieuze schaakpartij op die avond wensen en daarmee wat de feestcommissie betreft een kansloze saaiheid tentoonspreiden.

Ik las deze week (citaat): “gekweld door de gedachte van een laatste zet” (in Nachttrein naar Lissabon, van Pascal Mercier). Het citaat heb ik een heel klein beetje aangepast naar de wereld van het schaken. ‘Zet’ in het citaat heb ik zelf bedacht, waarmee het citaat ophoudt citaat te wezen. Maar de essentie van gekweld worden door iets wat geheel op het eind komt, voor het laatst is, trof me. Waar had ik die gedachte eerder opgetekend? Even later kwam die gedachte me helder voor de geest. Stilteteken! Daarover schreef ik in het verslag van de tweede ronde van onze interne competitie. Het verstillen tijdens het schaken, een teken voor een stiltemoment in een schaakpartij. Een stelling die geen zet meer behoeft. Elke volgende zou een afbreuk ervan betekenen. Dat wilde ik jullie gewoon even melden. In het genoemde boek is schaken een steeds terugkerend thema. Geen spannend, meer filosofisch taalgebruik.

Wijlen Gerard Kastelein, ons voormalig clublid en schaakvriend, laat ons graag zijn gehele schaakbibliotheek na. De boeken ontvingen Karel de Neef en ik vorige week van Gerard’s echtgenote Lia. Ze liggen in twee plastic bakken achterin onze speelzaal. Neem gerust een of meer boeken mee.

Finale A

Jesus Canedo – Henk van der Velde

Henk van der Velde gaat fier aan kop na winst op Jesus Canedo. Henk deed verslag: Hoewel Jesus en ik al jaren clubgenoten zijn (van 2016 tot en met 2022 bij Charlois Europoort en sinds dit seizoen bij Erasmus), was dit de eerste keer dat we een klassieke partij tegen elkaar speelden. Voor ons beiden reden genoeg om er eens goed voor te gaan zitten.

In deze scherpe stelling was 9. Ph3, om met Lf4 controle over het belangrijke centrumveld e5 te krijgen, de sterkste voortzetting. Er had dan kunnen volgen 9. .. e5 10. De2 Pbd7 11. Lf4 Pe4 12. fxe4 exf4 met fascinerende verwikkelingen.

In plaats daarvan speelde Jesus 9. Pge2. Het nadeel van deze zet was dat de witte dame de e-lijn niet kon bezetten en wit de strijd om e5 zonder slag of stoot verloor. De partij ging verder met 9. .. Pbd7 10. Lf4 e5 11. dxe5 Pxe5 12. Pd4.

Hier veroverde ik met 12. .. Pd3+ 13. Dxd3 Dxf4 het loperpaar en kreeg ik tevens de alleenheerschappij over de zwarte velden.

Na 22 zetten was de volgende stelling ontstaan:

Jesus opponeerde hier de toren op e8 met 23. The1, maar zag daarbij een tactische wending over het hoofd: 23. .. Txe1 24. Txe1 Da5.

Zo’n ‘langeafstandsvork’ ontsnapt gemakkelijk aan de aandacht. Denk nog maar eens terug aan de zet 22. Da3+ uit de achtste matchpartij tussen Carlsen en Nepomniatsji (Dubai 2021).

Jesus probeerde nog 25. Td1 Dxa2 26. Dc3 en legde na 26. .. Da1+ de koning om.

Die koning kon weliswaar nog vluchten naar d2, maar dan was na 27. .. Pe4+ 28. Pxe4 dxe4+ de geopende d-lijn hem fataal geworden.

Finale B

In de B-finale stond slechts 1 partij op het menu: Arno van Houten tegen Pim Kleinjan.

Arno won. Hij staat nu, heel knap, met 4½ punt een halfje achter op Pieter Sturm die de B-groep aanvoert met 5 punten. Maandag 27 maart spelen de beide koplopers Pieter en Arno tegen elkaar. Dat gaat dus erg spannend worden!

Finale C

Gerrit Boer – Karel de Neef

Gerrit deed verslag en vertelde: Ik had vanmiddag de partij al vastgelegd, mede om zelf te zien hoe de partij precies verlopen was. Dit keer had ik veel mogelijkheden het initiatief te nemen, terwijl Karel zijn patroon van voorzichtig op remise spelen leek te volgen. Het deed me in elk geval veel genoegen om eens vrij onbekommerd ten aanval te trekken.

Rinus van der Linde - Hans Brobbel

Hans Brobbel vertelde: Aanvankelijk was de partij een gelijk opgaande strijd van een redelijk niveau. Zwart speelde een paar slordige zetten en gaf een pion weg. Wit voerde de druk op. Ik besefte te moeten knokken voor remise. Het middenspel was wel ingewikkeld. Met zwart probeerde ik het scherp te spelen.

Zwart dreigde nog een pion te verliezen maar kon die nog net behouden. Het werd een eindspel met dames, een toren en een loper tegen een paard. Helaas voor wit maakte hij een blunder. Er dreigde torenverlies of dameverlies of mat. Wit gaf het meteen op.

Jeroen Landsheer - Ruud Neumeijer

Ruud, door zijn originele vertelperspectief, daarmee deels vermomd als toeschouwer, deed verslag:

Angstgegner? Herkent u dit? Een tegenstander waar je niet van kunt winnen? Hoe je ook je best doet, het wil maar niet lukken. Ik krijg de indruk dat Ruud ook voor iemand een angstgener is. Als dat werkelijk waar is, dan vindt hij dat een mooi compliment, dat heeft hij mij in vertrouwen verteld.

Jeroen verkeert in blakende vorm, is op de ratinglijst enorm gestegen en staat in de C-finale ook weer in de bovenste regionen. U heeft in het verslag van vorige week ook kunnen lezen, dat Jeroen in tijdnood de winst liet glippen tegen Henk Ochtman. Al met al is het dus een speler in vorm. Dat valt van zijn tegenstander van deze maandagavond bepaald niet te zeggen. Speelt niet echt lekker (vindt hijzelf), maar is na de achtste ronde wel op een gedeelde vierde plaats te vinden. Is op de ratinglijst 30 punten gezakt, er is dus blijkbaar toch wel iets aan de hand. Het onderlinge verschil is een half puntje in het voordeel van Jeroen.

De eerste 14 zetten slaan we over, het is een variantje in de loperopening, zwart heeft met zijn 14e zet het paard naar de rand van het bord gespeeld, u kunt 'm vanaf hier verder spelen:

Jeroen, waarom speelde je... en waarom deed je niet...? Na een kleine mondelinge analyse zonder het bord te gebruiken wisselden beiden wat vragen uit, waarom Jeroen de remise niet nam? Tsja, antwoordde hij: “Ik stond een pion voor!” Even later hoor ik Jeroen zachtjes tegen Ruud zeggen: “Je wint toch altijd van mij.” Hoorde ik daar ook enige berusting in?

Harry Stroosma - Henk Ochtman

In de volgende partij deed Harry Stroosma kond van zijn partij tegen de Verschrikkelijke. Deze erenaam als bijnaam toebedeeld krijgen, meer eerbetoon bestaat er niet en blijft in der eeuwigheid ongeëvenaard bij ons op de club. Het mooie eraan is het onheilspellende. Welke verschrikkelijke ramp gaat mij stumper overkomen tegen dit schaakfenomeen? Want er staat iets te gebeuren, dat is zeker, maar o ongewisheid, waarom blijf ik zo onzeker en blijf ik zo ver verwijderd van mezelf, van wat ik denk te kunnen? Tellen al mijn prestaties niet meer mee? Neen, onvindbaar blijven ze, vooral voor jou, ontroostbare! Want Henk de verschrikkelijke Ochtman zit voor je en lacht je uit, en jij, je bent niets. Je komt tekort. Want zo geleidelijk en onverwacht als de totstandkoming van de 7-1 in de Kuip, zo word je meegezogen ergens diep het moeras in van de 64 velden. In het Cruijffiaans: “Je gaat het pas zien als je het door hebt.” Pas ja, veel te laat. En happend naar je laatste adem geef je op.

Maar daar zit Harry, beter bekend als Handige Harry. Ja, hij is altijd ouder dan jij. Wijzer ook En... met een veel beter humeur dan jij. Dan wie ook. Harry knijpt hem nooit, daarvoor is hij te belegen, al betrapte ik hem ooit op een zucht en op een rood aanlopend hoofd. Maar dat was echt een uitzondering. Elke vergelijking met de kinderserie Bassie en Adriaan van weleer, en met Peter van Soest, die in de rol van Handige Harry te vroeg afgaande bommetjes in elkaar frutselde en ooit lid was van onze schaakvereniging (voorloper SWR), gaat mank.

Maar deze Harry, onze Harry Stroosma, was wel zo handig, en veel handiger dan wie dan ook dat hij het tegen De Verschrikkelijke knap handig en verstandig wist te spelen. Zo handig zelfs dat hij beter kwam te staan en zelfs remise durfde aan te bieden, er later achter komend zichzelf tekort te hebben gedaan. Zo schaken is simpel, maar het is zo moeilijk om simpel te schaken (al weer naar Johan Cruijff) Hoewel het woord Grünfeld niet valt in zijn verslag, dat was toch wel de opening waarin het Engels van Harry verzeild raakte. Laten we nu Harry zelf aan het woord:

Zo, dat was het weer voor deze ronde, op naar de tiende finaleronde! Veel plezier en succes! Kijk hier voor alle uitslagen en de stand in de finalegroep A, finalegroep B en finalegroep C.

Jaap van Meerkerk