Overwinning voor het derde
Op donderdag 13 april kon ons derde team stoom afblazen tegen onze schaakvrienden uit Dordt. Maar even niet voor deze avond, vrienden. De nog hete stoom uit onze oren, na de zeg maar gerust oorwassing door de Capelse jeugd van CSV, moest en zou worden gekoeld.
In een fantasie-opstelling, geïnspireerd door onze tegenstanders die per wedstrijd steeds van borden wisselen.
Ik besloot als teamcaptain dit ook te doen, maar dan nog ingrijpender, want elke speler uit ons team kan op elk bord uit de voeten. Wat een luxe genoemd mag worden. Een crea-opstelling kon dus zonder risico en lastig was dat niet. Het pakte goed uit, al had de zege wat afgetekend moeten zijn. En dat lichte verwijt reken ik mezelf op de eerste plaats toe. Dat wordt wederom schaken op het strafbankje aan een restbord (dat is het bord waaraan niemand van ons team de volgende wedstrijd wil spelen).
Onze overwinning in proza.
Karel de Neef kon tegen Niels Verhaar aan bord 1 geen potten breken. Ook geen halve pot. Dat zijn we niet van hem gewend. Volgende keer beter, dat is zeker: 0-1.
Karels bijdrage in bloemig proza: Deze avond kon ik helaas de kurk in de flessenhals laten rusten, alhoewel hij de gehele partij lekker koud had gestaan in afwachting van een sprankelende explosie en lancering. Na de gehele partij met zwart meer dan comfortabel te hebben gestaan gedurende de ruilvariant van het geweigerd damegambiet, greep ik met nog een paar minuutjes bedenktijd naar de verkeerde combinatie, in plaats van die welke een glinsterend perspectief had geboden. Zoals wel vaker bleek na een grondige analyse dat ik enkele veelbelovende wendingen te vroeg had verworpen door niet genoeg door te calculeren. Het zij zo!! Op naar het volgende kunststukje!!!
Remco Claessens zette met wit de duimschroeven op zijn tegenstander Anton de Maertelaere aan bord 2 en pakte het volle punt! 1-1.
Remco schrijft: Ik mocht tegen Dordrecht weer met de witte stukken aantreden. Ik kreeg dit keer een Siciliaan tegenover me. Ik antwoordde met mijn vaste opening. Ik kreeg al gauw de grip op het centrum en nadat we allebei kort hadden gerokeerd besloot mijn tegenstander zijn f-pion naar voren te schuiven. Het zag er allemaal dreigend uit, maar schijn bedriegt en al gauw was ik degene die druk uitoefende op zijn koningsstelling. Ik won daarna een paar pionnen en kwam zoals gewoonlijk in tijdnood. Ik wist de stelling af te wikkelen naar een gewonnen eindspel en mijn tegenstander gaf daarna ook snel op.
Emil Verhoef pakte met zijn geliefde zwart Arend van Grootheest in. Dat was 2-1 voor ons.
Het was weer alle hens aan dek, schrijft Emil. Op bord 3 trof ik een gemotiveerde tegenstander die er vol inging. Maar met regelmatig Feyenoord kijken steek je een hoop op. Altijd hoog staan, goed doordekken en waar mogelijk een snelle counter kun je een heel eind komen. Deze tactiek toepassend liet ik de Dordrechter uitrazen en nadat hij vastgelopen zijnde een remiseaanbod deed, was het mijn tijd ten aanval te trekken. Een snelle toren op de tweede lijn deed zijn stelling geen goed en met een mooie vrijpion, weliswaar in extra tijd, leek na stukkenruil het pleit beslecht. Gelukkig overzag de witspeler dat hij met een tussenschaakje zijn toren op het speelveld kon houden om een remisestand te bereiken. Maar ja hoe verder van Dordt, hoe Rotter( dammer) het voor hen wordt.
Hans Brobbel met wit tegen Hans Schreuder werd remise. Net dat halfje dat genoeg was voor de teamoverwinning: 2½-1½.
Hans schrijft: Ik kwam goed uit de opening. Veel actieve stukken. Zwart trok zich steeds verder terug. Hij kon alleen nog maar verdedigen. Ik bleef maar zoeken naar de winnende combinatie. Ik dacht veel te lang na. Nadat hij zijn toren aanraakte, zette hij die terug. Daarna deed hij een paardzet. Ik wees hem erop dat hij toch echt een torenzet moest doen. Dat kostte hem een kwaliteit. Langzamerhand kwam ik steeds slechter te staan en vreesde verlies. Bij de andere partijen was nog niks beslist. Hij had nog 53 minuten op de klok, ik slechts zes minuten. Ik bood remise aan. Hij ging kijken bij de andere borden. Uiteindelijk na meer dan drie kwartier nam hij de remise aan. Opluchting en goed voor het team.
Lucian Mihailescu speelde met zwart tegen Teus Slotboom sr. Wij rekenden op een punt en Lucian deed wat van hem werd verwacht: 3½-1½.
Ruurd Ouwehand schrijft: Ik was wel tevreden over mijn spel met wit tegen Ton Hobe. Een betere pionnenstructuur op de damevleugel en een opgesloten loper van zwart, boden mij mogelijkheden op de damevleugel. Ik won een pion, kwam met mijn toren op a7 en zette de zwartspeler volledig klem. Vrijpionnen op b5 en c6 leken de doorslag te geven, maar mijn toren op b6 stond volledig vastgepind door een zwarte loper op c8. Doordat zwart min-of-meer klem stond, kon wit rustig zijn koning naar de damevleugel spelen. Tenslotte offerde ik mijn toren op a6, waarna pionpromotie uiteindelijk niet te voorkomen was.
Winst en een voorsprong van 4½-1½ voor Erasmus.
Jan Hoek van Dijke kon met zwart tegen Matthijs van de Velde geen potten breken en leverde het punt in: 4½-2½.
Jaap van Meerkerk doet verslag: Ik kwam weer heel goed uit de opening, schaakte me naar een +3 positie en verziekte mijn partij door uit diverse goede opties een goede te kiezen: het openen van de g-lijn. Daarmee zou de zwarte stelling ineenstorten. Ik overzag een heel klein zetje met heel grote gevolgen. Die g-lijn kwam daardoor niet open. Wee mij, maker van een van de bekendste beginnelingsfouten: meegaan met de tijdnood van de tegenstander. Terwijl ik tijd genoeg had. Geduld is een schone zaak. Eindstand: 4½-3½.
We stuurden onze sympathieke tegenstanders dus met de kleinst mogelijke nederlaag naar huis. Maar we wonnen wel en doen weer mee om de tweede plaats in klasse 2B van de RSB-competitie.
Shah Mata 2 is echt niet meer te achterhalen en staat fier aan kop met 10 punten. Tegen dat team speelden wij 4-4, dus daar hebben we wat laten liggen. Op dinsdag 23 mei is onze laatste wedstrijd tegen De Willige Dame. Die dame wil, mag, ja moet geslagen worden.
Kijk hier voor alle uitslagen en de stand van Erasmus 3 in klasse 2B van de RSB-competitie.
Jaap van Meerkerk