Soms zit het mee, soms zit het tegen

Met name dat laatste stukje was van toepassing op de laatste wedstrijd van ons viertal tegen het tweede viertal van Krimpen aan den IJssel.

De avond begon nog redelijk met een remise van ad interim teamleider Martin Rensen. Op het eerste bord kwam er een stelling op het bord waarin na herhaling van zetten de vrede werd getekend. Daarna bleef het een tijd wachten op de overige uitslagen.

Jan Hoek van Dijke speelde op het derde bord een goede partij, maar moest een zwarte toren in zijn stelling toelaten op b2. Die bleef daar een tijd staan en er leek weinig aan de hand. Op het moment dat Jan zijn koning ging activeren zorgde deze toren echter voor een vervelende penning over de tweede rij en dat kostte een stuk en de partij.

Emil Verhoef speelde op bord vier ook een goede partij. De stelling bleef lang gesloten en er leek weinig aan de hand. In tijdnood ging het helaas mis. Er liep een vijandelijke pion naar de overkant die slechts gestopt kon worden door stukkenruil. Wat vervolgens weer als gevolg had dat er vijandelijke torens beslissend konden binnenvallen. Emil vocht voor wat hij waard was, maar toen er ondekbaar mat dreigde gaf hij zich gewonnen.

Leo de Jager speelde op het tweede bord ook een goede partij. Vanuit de opening kreeg hij een comfortabele stelling met ver opgerukte pionnen op de damevleugel. Met name de witveldige loper stond hierdoor erg slecht. Leo sloeg in het vroege middenspel terecht een remiseaanbod af, maar koos kort daarna het verkeerde plan. De koning van de tegenstander kon het centrum binnenlopen en Leo verloor een pion. Leo probeerde nog wel te compliceren, maar het resterende lopereindspel werd bekwaam naar winst geschoven door de Krimpenaar.

Zo stond er aan het eind van de avond een enigszins geflatteerde 3½-½ nederlaag voor ons viertal op het wedstrijdformulier. Dit was ook gelijk de laatste ronde voor dit seizoen. Een seizoen wat we maar snel moeten vergeten…

Kijk hier voor alle uitslagen en de stand van het eerste viertal in divisie 1A van de viertallencompetitie van de RSB.

Martin Rensen