Over bier en nog meer uit Gent, een quizmaster in vorm en zwarte Harry
Groeispurt
De thuiswedstrijd van ons tweede team tegen Charlois Europoort 1 betekende een druk bezette speelzaal. Met een ongekend druk bezette interne competitie hadden we vooraf nagedacht of er extra meubilair moest worden aangesleept.
Op de avond zelf besloten we vier extra borden (de borden 31, 32, 33 en 34 in de vergaderruimte (door ons omgedoopt tot analyseruimte) klaar te zetten. Achteraf bleek dat niet nodig vanwege de afmeldingen voor ronde 8. Onze vereniging mag zich gelukkig prijzen met een niet aflatende ledentoename.
We zitten middenin een groeispurt. Zijn daar grenzen aan? Wat mij betreft nooit. Maar dat is natuurlijk onzin. In alle euforie over onze uitdijende club moeten we de praktische kant en haalbaarheid blijven bewaken. Hebben we voldoende materiaal, voldoende zitplaatsen, zaalcapaciteit, vrijwilligers, inzet van bestuur en organisatie? Natuurlijk komt er ooit een grens aan ons ledental.
De Delftse schaakclub DSC met om en nabij de 220 leden (inclusief jeugd) schaakt wekelijks in het plaatselijke denksportcentrum. Een geweldige locatie voor zo’n grote club. Helaas voor DSC kunnen zij daar vanaf volgend seizoen niet meer terecht en zitten ze voorlopig met hun handen in het haar (zie artikel ‘Schaakclub die wereldberoemde spelers voortbracht raakt pand kwijt: ‘Knap lastig om locatie te vinden’ uit het AD). Wij zijn blij te kunnen spelen in het Huis van de wijk Arcadia, ook een geweldige locatie, met een ruime speelzaal. Maar ook aan deze speelzaal zitten grenzen. Toen we vorig seizoen 90 schakers een plek konden geven, moesten we overal tafels vandaan zien te toveren. Wat met moeite lukte. Ik wil er maar mee zeggen dat we met drukbezette clubavond er nauwelijks een extern team bij kunnen hebben.
Op naar Gent?
Komend voorjaar gaan we met een delegatie van enthousiaste schakers, al of niet in gezelschap van hun partner naar onze schaakvrienden uit Gent. De eerste contacten daarover zijn gelegd. Een mooie cultureel en sportief met elkaar te combineren. Sommigen van ons verlekkeren zich bij voorbaat aan bezoekjes van gezellige Gentse biercafés, anderen zien uit naar een bezoek aan de Sint Bataafskathedraal om het middeleeuwse veelluik ‘Het Lam Gods’ van de broers Van Eyck te bewonderen.
Gent, waar in die periode maar liefst 200 brouwerijen gevestigd waren – vooral die in de Veldstraat staken elkaar naar de kroon – hebben vanzelfsprekend sporen uit nagelaten. Inderdaad, het kost geen moeite acht supergezellige biercafés te traceren, alwaar je kunt genieten van een heerlijk Belgisch speciaalbiertje.
Maar een evenzo groot deel van ons Gentse weekend wordt natuurlijk besteed aan de schaakmatch, die wij vorig seizoen ‘eenvoudig’ naar onze hand wisten te zetten. Het bezoek van schaakclub Gent ging gepaard met veel schaakplezier en twee gezellige dagen in Rotterdam.
Wij verwachten een groep Erasmianen die zich zal aanmelden zodra bekend is hoe het programma er uitziet, wanneer we gaan, hoe we gaan, en met wie.
Partijen en belevenissen achter de borden
Oftewel: de bijdragen van onze leden, met dank aan Filip Strinic, Leo Verhoeven, Wim Westerveld en Harry Nefkens.
Art Hoogendijk – Dick Straathof
Uw verslaggever vertelde: Opvallend was de winst van Art Hoogendijk. Jullie kennen Art natuurlijk allemaal, hij is onze quizmaster in vorm. Art heeft een mooie en drukke baan en ook nog eens een veel te lage rating. Art won maandag tegen de verwachting in van ene Dick Straathof. Art vroeg ik natuurlijk om uitleg. Voor een partij verslag ontbrak hem de tijd, helaas. Inderdaad, in de zorg komen ze vele handen tekort!
Jaap van Meerkerk – Marcel de Kort
Uw verslaggever blikte terug: Ook opvallend was de winst van Marcel de Kort op ondergetekende. Na de opening stond ik comfortabel, had initiatief en dacht minstens een pion te gaan winnen. Maar Marcel profiteerde van een zet die wit over het hoofd had gezien. Marcels Pb8! met aanval op een kennelijk overbelaste toren. Ja, wie verwacht nou dat zwart zijn paard in het middenspel gewoon weer op zijn parkeerplaats terugtrekt naast een nog niet ontwikkelde toren? Wit had slechts gerekend op Pb6, wat veel voordehandliggender was. Maar nu moest wit geheel onvrijwillig afstand doen van zijn ongekend sterke aanvalsloper, zeg maar gerust aanvalssloper. Beetje flauw van Marcel, maar daarna maakte hij duidelijk dat zijn rating te laag is. Heel netjes geschaakt!
Jonathan van Es – Filip Strinic
Filip deed verslag. Hij stelt zich eerst aan al zijn nieuwe clubgenoten voor! Op jonge leeftijd heb het schaakspel geleerd van mijn vader die destijds bij schaakvereniging De Penning in Rozenburg speelde. Nu bijna 30 jaar later vond ik het een mooi moment om zelf lid te worden van een vereniging. In de afgelopen jaren speelde ik geregeld online, maar tegenover iemand zitten en de schaakstukken fysiek bewegen is toch een ander soort belevenis. Nu na een aantal speelronden, ben ik blij deze keuze gemaakt te hebben en kijk ik uit naar de rest van dit seizoen.
Ditmaal mocht ik tegen Jonathan van Es spelen. In mijn ogen een gelijkwaardige tegenstander. De partij begon met 1. e4 en ontwikkelde naar een Russische verdediging, internationaal ook wel de Petrov defence genoemd. Ik heb dit niet veel gespeeld, maar juist nu ik bij een club schaak vind ik het ook leuk om iets te proberen wat ik nog niet goed ken. De partij ging redelijk gelijk op, maar uiteindelijk en tot mijn vreugde kon ik de winst naar me toe trekken. Zonder verder al te diep op het analytische in te gaan, kan de partij hieronder nog eens nagespeeld worden.
Pieter Sturm - Leo Verhoeven
Leo deed verslag in de vorm van het bespreken van de cruciale stelling uit deze partij. Heel leerzaam. Hij neemt ons mee aan de hand van zijn gedachten, laat ons getuige zijn van al zijn overwegingen bij deze prachtige stelling, die ook bij mij een stiltemoment wakker maken (Over dergelijke stiltemomenten repte uw verslaggever al eens in één van de verslagen van het vorige schaakseizoen en stelde voor hiervoor een stilteteken op uw notatieformulier te ontwerpen.) Laten we nu Leo zelf aan het woord.
Pieter en ik spelen elk seizoen minstens één partij. Met aan het begin daarvan steeds enige zorg aan mijn kant. Er is een patroon. Als Pieter van mij wint, is dat verdiend en op een regelmatige manier. Als ik win, dank ik dat aan een calamiteit.
Hiernaast de stelling na de 18e zet van wit, 18. Pf2-g4. Een plaatje. Veel ruimte en stukken voor wit voor de koningsaanval. En veel ruimte en stukken voor zwart op de damevleugel om daar te gaan oogsten. Het zwarte paard op c7 gaat verder op reis naar b5 en c3. Pion a2 is dan een zorgenkind en er komen mogelijkheden voor een sterk paard op d4. Als wit dat paard ruilt, krijgt zwart uitstekend spel via de c-lijn.
Maar wat te doen voor zwart? Het paard op g4 afruilen of met Pb5 verder gaan? Wat is gevaarlijker voor de zwarte koning: het paard op g4 dat de opmars van f-pion ondersteunt en zelf in de aanval kan gaan of de halfopen h-lijn na de ruil? Moeilijke vragen voor mij.
Tot mijn verbazing had ik ook naar een derde mogelijkheid moeten kijken, namelijk Kh8. De beste zet volgens het scherm. Maar de andere mogelijkheden waren niet verkeerd, allebei ietsje beter voor zwart, met een voorkeur voor Pb5. Ik ruilde op g4 om daarna Pb5 te spelen.
Daarna ging het snel. Pieter verloor de voorzichtigheid uit het oog. Iets later vond de calamiteit plaats, een gemist familieschaak door het paard dat op c3 was geland.
Henk Ochtman - Wim Westerveld
Wim schreef: Spannend was het eigenlijk niet, mijn partij tegen wizard Henk Ochtman. Wel hotseknots om maar eens een uitdrukking te gebruiken die Leo Beenhakker wel eens in de mond nam. Dat lag niet aan mij, maar aan de onnavolgbare Ochtman. Mijn computer geeft al na zet 7 (!) -1,17 voor zwart en dat bleef lang zo. Ik moest wel blijven opletten, maar zijn trucjes waren eigenlijk tamelijk machteloos.
Sinds AlphaZero wordt er in allerlei varianten vroeg h4 gespeeld met het idee dat het de minst waardevolle pion van wit is, verlies daarvan niet zo erg is, maar ‘Harry’ kan wel veel schade doen bij de zwarten. Henk overdreef echter en zo erg dat ik soms wel eens denk dat zijn rij- (lees schaak-)bewijs moet worden ingetrokken. Niet doen natuurlijk. Er zijn weinig schakers die kunnen bogen op een geheel eigen stijl en Henk is een sieraad voor elke club. Al was het maar alleen om te laten zien dat ons spel op geheel verschillende manieren gespeeld kan worden.
Zo begon het: 1. c4 c5 2. Pf3 g6 3. h4 Pf6 4.h5 Pxh5 5. g4 Pf6 6.g5 Ph5 7.d4 cxd4 8.Txh5 gxh5. Tja...
Even later hadden we deze curieuze stand. Wat Henk voortdurend doet is aanvallen, kijken hoe hij ergens naar binnen kan komen. De toren op g6 is hier de poortwachter. Als wit de toren neemt herstelt zwart zijn verminkte pionstructuur en staat gewoon een pion voor. Zo ging het uiteindelijk ook en al Henks pogingen om er nog iets van te maken resulteerden in nog meer materiaalverlies. Vele zetten later gaf Henk op.
Fred de Wild - Harry Nefkens
Harry schreef: Ik trof in De Wild een gelijkwaardige tegenstander. In het begin ging het gelijk op. Later verloor ik een pion, maar kreeg ik een aanval en won ik een paard. Daarna probeerde De Wild nog tegenspel te zoeken, maar uiteindelijk moest hij toch opgeven.
Zo, dat was het weer voor deze ronde. Op naar de volgende, de negende ronde. Ik wens jullie allen weer veel schaakplezier en een mooi resultaat.
Kijk hier voor alle uitslagen en de stand van de voorronde van de interne competitie.
Jaap van Meerkerk