De wedstrijdleiding trakteerde ons op 25 partijen. Twintig spektakeltjes in de Zwitserse C-finale en vijf op het hoogste Erasmuspodium van de Round Robin der AB-finales.

Ongetwijfeld werden vele clubgenoten geïnspireerd door de verrichtingen tijdens het Tata Steel Chess Tournament in Wijk aan Zee. Het lijkt daar de schaakhemel op aarde, en ook andere metaforen doen het goed: het walhalla van het schaken, of, minstens zo plezierig, het Wimbledon ervan.

Maar soms is niets minder waar. Verliezen doen we allemaal geregeld. Mooi verliezen verlicht de pijn, hoor je vaak. Of dat überhaupt kan, mooi verliezen, vraag ik me af. Houden we onszelf met dat ‘mooie’ van een verloren partij niet voor de gek? Niks moois aan, toch? “Mooie pot”, placht Jan Bruinsma na een zoveelste nederlaag te zeggen. En … ik dacht lang dat hij het nog meende ook.

Ik verloor twee van mijn drie partijen. Ik vond ze het naspelen waard, nieuwsgierig naar waar het mis ging, volgens het aloude motto ‘nooit te oud om te leren’. In beide gevallen had ik na zet 20 licht voordeel. Dus moet ik het beter doen bij het verzilveren van de buit. Als je de laatste partij in het walhalla dan ook nog na een riskante doorbraak weet te winnen ga je toch nog met een voldaan gevoel huiswaarts.

Hoe ervaren onze masters, de toppers van de top, een verliespartij? Laten zij zich troosten met een zogenaamd mooi gespeelde wedstrijd?

Welnu, u voelt hem al aankomen, soms is het bepaald voor ongelukkigen helemaal geen hemel, walhalla of Wimbledon, daar in WaZ. Zeg maar gerust, een hel. En als je dan nog piepjong bent, en nog moet leren incasseren, ben je al gauw redeloos, reddeloos en ik vrees ook radeloos. Lees en huiver.

Woensdag, Wijk aan Zee. Schaken voelde voor hem na zijn verliespartij onrechtvaardig, ja zo wreed als de hel. Hij deed als jong talent van zich spreken, ontving een uitnodiging voor het hoogste podium. Liet fantastisch spel zien, ook in deze partij. Met een +1 naar + 2 naar pak weg + 6 was de winst een kwestie van enkele zet. Tegen een heel, heel sterke GM nog wel. Oké, wel met een angstaanjagende naam en nogal hogere rating. En de tijd ging meespelen, terwijl hij hoewel koortsachtig toch koel wilde blijven, zoekend naar de winnende zet.

Maar Max greep niet zijn loper, maar plantte zijn toren op a3. De commentatoren, beiden GM, vonden de winnende met behulp van hun engine. Die hen overigens drie keer terugfloot. Zoals Feyenoord kans op kans vernaggelt en de tegenstander met een verdwaalde bal op doel laat wegkomen, zo kwam Magh aan zijn onverdiende punt.

Het zou verboden moeten worden. Diens stellingsgeluk was ergerlijk tot op het bot. Alle stukken stonden bij toeval precies zo op het bord dat zelfs een enkel schaakje van Max’ dame of toren op het moment suprême niet mogelijk was. Dat kan niet, dat hoort niet en dat komt ook nooit voor, maar toevallig, nu net wel! Onverdiender verliezen gaat niemand lukken.

Wat Max ervoer was vele malen erger dan het ergste pak slaag van een zieke schoolmeester uit een grijs verleden. Erger dan na een solo van 100 km op de eindstreep van een loodzware bergetappe te worden geklopt.

Zijn gezichtsuitdrukking verried na Tc8 een intense afkeer van alles wat met zijn fantastisch gespeelde wedstrijd te maken had. De poorten van de hel ontsloten zich. Alleen wie zelf ooit zo verloor weet wat er door Max heen ging. Onze Warmerdam trad binnen in het dal van de diepste duisternis. Stop er maar mee jongen, huil maar zo lang je wilt, en ga wat anders doen. Ik neem het je niet kwalijk. Warmerdam – Maghsoodloo: 0-1.

De finales zijn weer begonnen!

De eerste ronde zit er op. We genoten van vijf partijen in de gesloten AB finales, waarvan we elke ronde (minstens) twee partijen willen publiceren. De tegenstanders zijn aan elkaar gewaagd.

In de A-finale wordt zowel om de ratingpunten als om het clubkampioenschap gestreden. In de B-finale gaat het naast de persoonlijke resultaten om … eh het eremetaal, om het zoet van de zege.

De C-finale voelt als een feest. Of liever, een surprise party. Niets is zeker daar. Je weet niet tegen wie je gaat spelen, want … Zwitsers. De kleur? Onbekend. Ooit begon ik met 3x zwart en bereidde me daarna maar niet meer voor. Heeft ook zijn charme. Nou ja, ik overdrijf graag. Maar met name in die eerste twee rondes, en dan vooral weer die eerste, zitten we op rating ingedeeld en met riante ratingverschillen van pakweg 400 tegenover elkaar. Niet eerlijk? Onzin. Eerlijker beginnen aan C-finales, ik zou niet weten hoe.

Maar er heerst tijdens die eerste ronde ook een soort van nerveuze sfeer, extra spanning hangt in de lucht. De sterkere schakers vrezen een ratingval. Winst levert hun vrijwel niets op, verlies is funest. Niet alleen voor hun eergevoel, maar vooral voor de met zorg verzamelde ratingpunten. De zwakkere schakers ervaren het tegenovergestelde. Zij kunnen nu eindelijk laten zien wat ze werkelijk waard zijn. Sterker, ze varen er vrijwel altijd wel bij en hun wil voor een stunt te zorgen kan groteske vormen aannemen. Jonathan van Es heeft het in zijn partijverslag over ‘mentale voorbereiding’, en over ‘een schaakavontuur dat aan de climax van een soapserie doet denken.’

Ja, de meeste hogere ratings wonnen. Uiteraard nu aandacht voor juist diegenen die voor het onmogelijke zorgden, waarbij helaas ook degenen die van een koude kermis thuis kwamen het zuur van hun onverwachte nederlaag nog eens krijgen opgedist.

Carel Keller won aan bord 2! Na een degelijke opening en in goede stelling door stukwinst van Yari Baars. “Ja”, zegt Carel, “als ik eenmaal uit de opening ben gaat het vaak wel lekker.”

Jonathan van Es won in een duel dat “aan een spannende ontknoping van een soapserie doet denken” aan bord 7 in een scherpe Slav van Arend Bongers. Lees zijn verslag!

Ook Stephen Tromer deed goede zaken aan bord 9 door remise te spelen tegen Károly Kiss.

De A-finale

Henk Ochtman – Wim Westerveld

Wim vertelde: “Je weet nooit wat je krijgt bij Henk”, bromde mijn buurman Pieter Sturm toen Henk met 1. f4 opende. Henk had de pech dat ik ervaring heb met die zet en het wel eens bekeken heb. De computer was het zeer eens met mijn zetten en dat is ook wel eens anders. Hierna de partij met licht commentaar.

De B-finale

Arjen Zuurmond - Dick Straathof

Arjen schreef: Na de schlemielige nederlaag in de voorronde tegen Dick was ik erop gebrand nu een goed resultaat neer te zetten. De rollen waren nu echter omgedraaid. In de voorronde verloor ik ondanks, of juist doordat, ik twee pionnen meer had van een paard alleen. Nu had ik een pion minder maar won ik omdat Dick, onder tijdsdruk, mijn aanval onderschatte. Er is een duidelijke trend zichtbaar in onze onderlinge partijen. Degene met een pion meer verliest onder druk van de tijd.

Dick speelde een scherpe variant uit het Scandinavisch. Ik kwam een pion achter, maar had compensatie in de vorm van een voorsprong in ontwikkeling en de dame van zwart die vol op de tocht stond.

Mijn opdracht was duidelijk: aanvallen en in ieder geval die pion terugwinnen voordat de zwarte stukken ontwikkeld zijn. Er volgde een tegengestelde rokade en een pionnenstormloop van mijn kant. Ik offerde een tweede pion, die Dick begrijpelijkerwijs niet aannam, maar hierdoor won ik een paar belangrijke tempo’s. Hierna waren mijn pionnen niet meer te stoppen en zwart moest fors materiaal inleveren en capituleren.

De C-finale

Arend Bongers - Jonathan van Es

Jonathan schreef op mijn verzoek een verslag in te leveren: Hé Jaap, bedankt, de partij was zwaar zeg, ik heb het gevoel een paar keer door het oog van de naald te zijn gekropen. Hierbij een klein verslag.

Gisteren beleefde ik een schaakavontuur dat net zo opwindend was als de climax van een soapserie. Met de eerste ronde van onze interne competitie op het programma, wist ik dat ik een zware dobber zou krijgen. Ik had een snel avondje schaken verwacht, waar ik vroeg thuis kon zijn. Maar nee, daar zat ik dan, tegenover de sterke Arend, met de zwarte stukken.

Ik had me al mentaal voorbereid om de handdoek in de ring te gooien als ik hopeloos achter zou komen te staan. Maar wat denk je? Ik heb mijn sterke tegenstander flink laten zweten en er uiteindelijk nog een punt aan overgehouden. Ik besloot de Slav Defense uit mijn schaakhoed te toveren, hoewel dat normaal gesproken niet echt mijn stijl is. Maar dit keer pakte het verrassend goed uit. Hierbij de partij met wat commentaar.

Károly Kiss - Stephan Tromer

Stephan vertelde: In de finale ronde begon ik gelijk tegen een stuk hoger gerate speler, Károly. Gelijk een goeie kans om te kijken of ik stappen heb kunnen maken vergeleken met vorig jaar, toen ik voor het eerst bij de club kwam.

Zo, dit was wel voor deze keer. Op naar de tweede finaleronde. En allemaal veel plezier en hopelijk een verdiende ‘mooie winstpartij’!

Kijk hier voor alle uitslagen en de stand in finalegroep A, in finalegroep B en in finalegroep C.

Jaap van Meerkerk