Over toeval gesproken, chess and its beauty, hallo dag Budapester

Dinsdag had ik de televisie aangezet. Ik zag heel veel prachtige paarden, ik zag ook veel lopers die naast koetsen moesten lopen, ook rode lopers trouwens, waar hoogwaardigheidsbekleders zich over voortbewogen. Soldaten zag ik ook, als opgestelde pionnen in de rij.

Toen traden de koning en de koningin naar voren, deze keer met serieuze blikken. Ze verlieten hun innemende paleis met torentjes en mooie vensters. Kortom, het is traditiegetrouw de derde dinsdag in september. Prinsjesdag en schaken hebben veel met elkaar te maken.

Rondom 20.00 uur

Bij ontstentenis van onze voorzitter opende onze penningmeester Ruurd Ouwehand. Hij sprak ongetwijfeld warme woorden van welkom, al ontgingen ze mij grotendeels. Maar dat ligt aan mijn gehoor denk ik. Hij, Ruurd, repte zich tijdens zijn spreken naar de gong, zodat het geluid als het ware met hem meeliep. Die gong moest immers tijdig klinken! Na de vermeende slag wachtte ik tot Arno van Houten aanschoof. Hij had mij tegen zichzelf ingedeeld, maar werd nog door wat geregel en gedoe in beslag genomen. Hoewel tegen de ongeschreven regels, drukte ik de klok nog niet in. Dat viel niemand op gelukkig, want dat hoor je niet te doen. Voor je het weet zit je na half twaalf nog te schaken en ja, wat dan? Met elke zet 15 seconden erbij kan het middernacht worden. En voor die tijd worden we geacht buiten te staan.

Terwijl een deken van stilte over de zaal viel, wachtte ik hooguit 5 minuutjes. Halverwege de avond zouden we al remise overeenkomen. Tijd genoeg voor wat foto’s!

31 partijen op het programma

Verrassingen? Ja, drie. Maar minder grote. Er wordt binnen de groepen met dezelfde score nog op rating ingedeeld. De ratingverschillen zijn dan gemiddeld minder groot, zo’n 100 punten. Bram de Knegts zege op Jan de Korte, die van Jesse de Jong op Cander Flanders en die van Lucian Mihailescu op Pieter Sturm, dat waren de opmerkelijkste resultaten. Ook Gunnar van Eekhout, die van Carel Keller won mag in dit rijtje eigenlijk niet ontbreken. Maar, zoals ik al vertelde na de eerste ronde, Gunnar schaakt beter dan zijn toebedeelde rating (1400) aangeeft.

Over toeval gesproken…

Eens wist mijn tegenstander mij in gebaren te verstaan te geven niet zo goed te weten welke zet te doen. Opgejaagd door het tikken van de klok viel hem de uitnodigende h-lijn op, plukte zijn toren van a1 en gaf toen tevreden een schaakje. “Je hebt me zojuist mat gegeven, Rens”, zei ik. “Verhip, je hebt gelijk”, klonk het vanaf de overkant. Daarna noemde ik dit verschijnsel een hesselmansje. Door toeval gepijnigd leverde ik even later het uitslagenbriefje bij Jan Hoek van Dijke in, die me meewarig aanstaarde bij het lezen van de uitslag. Had hij toevallig een andere zet gezien, dan had ik winstkansen gehad, dacht ik. Wat heb ik toch altijd een pech. 🙂

Toeval heeft vele verschijningsvormen. Het speelt een rol in de klimaatwetenschap, de evolutiegeschiedenis, de rechtspraak en in medisch onderzoek. Aldus filosoof Jeroen Hopster in het NRC van 16 september 2024. Hij schreef er een boek over.

Wat mij in de leader van dit artikel direct intrigeert is de vraag of deze constatering ook opgaat voor onze sport. Speelt toeval een rol bij het schaken? De vraag stellen is hem beantwoorden.

Bij de voorbereiding, tijdens het spelen van de partij, bij de openingskeuze van je tegenstander, de keuze uit de wirwar aan varianten, de zetkeuze, de eindspelkeuze van je tegenstander, bij dit alles speelt toeval een rol. En dan heb ik het nog niet eens over de toevallige mentale frisheid die per dag verschilt.

Tijdens het bedenken van deze alsmaar groeiende lijst van mogelijkheden die een rol kunnen spelen, neemt de motivatie in het zoeken naar een zinvol antwoord af. Ik waag me er maar niet aan. De materie blijkt moeilijk in te perken. Mijn conclusies zijn te subjectief.

De vraag is alleen hoe groot de factor toeval is. Hopsters conclusie: Toeval beïnvloedt de wereld (dus ook die van het schaken), maar de mens (de schaker) mag zelf kiezen aan welk roulettewiel we draaien (hij draait). Waar dat roulettewiel op slaat staat in het krantenartikel en uitgebreider in zijn boek. Ook interessant: Toeval is niet de tegenpool van noodzaak.

Interessant om hier nog eens, al of niet bij het (kunst)haardvuur of te midden der papavervelden over na te denken! Ook u bent tijdens het schaken ongetwijfeld tegen toevalligheden opgelopen en hebt er baat of pech mee gehad. Graag nodig ik u uit hier eens wat over te vertellen. Partijverslagen worden erdoor opgesierd.

Een verhaal rond de borden

Elke foto vertelt zijn verhaal. Hoe lang dat is hangt af van uw aandacht en routine bij het kijken. Wat valt op bij deze foto? Dat Anton van Bokhoven (ons oudste clublid, vierde van links) niet echt oplet, en dat Martin Rensen (staande) niet aan zet is, dat zie ik ook. Maar aan de overige pakweg 20 schakers valt veel meer te ontdekken. 🙂 Laat ik me beperken tot de voorgrond. Wilt u een kijkwijzer? Oké, net wat u wilt:

Een vredig tafereeltje aan bord 15. Boven het bord brandt een niet zichtbare lamp gezien de weerschijn op het metalen tafelnummer. De spelers op de voorgrond zijn in hun tweede jeugd: Het volle grijs van de witspeler en het vrolijke plukje grijs onder de gestreepte rode pet zijn daar getuigen van. Beide heren hebben zich getooid in warme herfstkleuren, met een voorkeur voor bordeauxrode tinten. Ze stralen rust, zekerheid en concentratie uit. Ze hebben ervaring, dat zie je direct. De witspeler op de voorgrond zit er ontspannen bij. Zo te zien is de rode pet van zijn tegenspeler tegenover hem nieuw. Een stilleven voor aan de muur.

De witspeler schrijft zijn zetten met een stift in een notitieboekje (na inzoomen zag ik dat hij zojuist zijn 16e zet heeft opgeschreven). Het dopje ervan heeft hij er weer opgedrukt. Dat gaat er kennelijk elke zet even vanaf zodat hij kan noteren. Het zal hem in tijdnood niet hinderen. De rustige stelling toont een middenspel, waarin aftasten nog troef is. De legers, inmiddels ontloperd, staan afwachtend op eigen helft. De stelling lijkt in evenwicht, al zou ik me bij de witte net wat meer op mijn gemak voelen. Waarschijnlijk omdat de zwarte stelling wat uit evenwicht lijkt, zie de pion op f6 en het paard op c7. Er is een pion geruild op veld e4 en waarschijnlijk zijn ook de witveldige lopers daar geruild. Zwart heeft zijn paard van a6 naar c7 gespeeld, wit heeft de paarden op zijn koningsvleugel naast elkaar opgesteld. Alle paarden kijken verlangend naar het midden. De spelers moeten rechtshandig zijn, gezien de plaats waar genoteerd wordt, de richting der paardenhoofden en de positie van de rechter armen wijzen daarop. De echte strijd moet nog beginnen.

Verder valt de consumptieloze tafel op, een blauwe brillenkoker in kunststof uitvoering en zwarts mobieltje in een zwart kunststof hoesje te ontdekken. Het ligt ondersteboven op tafel, met de sluiting nog open. Gesloten ligt het vast niet lekker plat. Links van de witte koningsvleugel ligt een klein briefje. Dat moet het uitslagenbriefje wezen. Er staat nog niets op natuurlijk.

Tot zover het fotokijken, een mooie activiteit. Misschien wel iets voor de feestavond? Dat de Lucian Mihailescu de partij tegen Pieter Sturm naar zich toe zou trekken is in de verste verte niet uit deze foto te pre-construeren. Als u nou vindt dat u ook eens zó bekeken moet worden dan helpt een pet, hoed of zelfs wc-pot op uw hoofd daarbij niet. Het is puur toeval dat ik deze foto nam en tegenkwam. Ook het idee dit tafereel te beschrijven was niet meer een toevalligheid.

Bijdragen

En dan nu weer de bijdragen van onze leden, met deze keer dank aan Adam Harkanyi, Ben Koppenens, Bram de Knegt, Nyasha Milan Huits en Jesse de Jong.

Ben benieuwd op hoeveel toevalligheden we worden getrakteerd! En ja hoor, Bram de Knegt werd bijvoorbeeld heel blij van wat Jan de Korte toevallig had voorbereid, gezien zijn reactie: Ha een Budapester! Er zullen vast en zeker deelnemers zijn die toevallig net de stelling op hun bord kregen die ze die middag thuis ook op bord hadden gehad.

Adam Harkanyi – Cor van As

Hieronder een bijdrage van Adam Harkanyi, kersvers nieuw lid bij Erasmus. Hij stelt zich eerst op verzoek aan ons voor. Als dank ging ik op zoek naar een actiefoto en stel ik voor dat Adam de gong slaat voor aanvang van ronde 3.

Hello everybody! My name is Adam, I am very happy to be joining this club! A little about me, I am 20 years old, currently studying the Double Bachelor in Economics and Econometrics at Erasmus University. I am Hungarian by origin, but I spent most of my childhood in England. I learned to play chess from my great uncle while on holiday in Hungary, when I was around 6. I grew fond of the sport quickly, and started playing at my local chess club near Liverpool. While in primary school, I played locally in tournaments, and in the country team. My family moved back to Hungary in 2017, where I continued playing for various teams, mostly in the Hungarian second division. My hobbies besides chess include playing the clarinet, swimming and waterpolo. Upon getting accepted to Erasmus University, I started searching for chess teams nearby, and came upon the website of SV Erasmus. I got in touch with Leo Verhoeven, who met me when I was visiting Rotterdam with my family. After answering my questions and telling me about the club, I was instantly convinced to join! So far I am enjoying myself at the club, I really like the relaxed and friendly atmosphere.

It is hard to say what aspects of chess I enjoy the most. I love to calculate, and find that chess has a certain beauty which one only gets a real sense of when playing. I love finding new ideas, especially in the opening. Watching the professionals play is always very exciting, trying to understand their thought process. I feel that I need to improve with my endgame technique, and my objective evaluation of positions. I am looking forward to getting to know everybody, and I can't wait to play again soon!

Jan Smit - Oscar Koppenens

Vader Ben stuurde mij de partij van zijn zoon Oscar Koppenens op.

Ben schreef: Jan Smit zei na afloop iets als: Oscar was toch weer heel scherp! En dat zag uw verslaggever ook, met eigen ogen. Zie de foto.

Bram de Knegt - Jan de Korte

Bram de Knegt beleeft met 2 uit 2 een goede start van het nog prille schaakseizoen. Ongetwijfeld gaat ons derde team daarvan profiteren.

Op maandag 30 september spelen we onze eerste wedstrijd, uit tegen (gelukkig slechts) 3-Torens. Natuurlijk houdt Bram zijn vorm stevig vast!

Ben Koppenens - Nyasha Milan Huits

Ik nodigde ons nieuwe lid Nyasha Milan Huits uit voor een verslag van zijn tweede partij bij Erasmus en vroeg hem ook zich aan ons voor te stellen. Nou, dat deed hij uitgebreid en heel graag. Dank Nyasha!

Nyasha: Wat ontzettend leuk dat ik hiervoor wordt gevraagd. Ik zal hieronder even een stukje schrijven. Dag alle leden van SV Erasmus, ik zal me kort voorstellen. Mijn naam is Nyasha Milan Huits, en ik ben een 21-jarige masterstudent in de studie Philosophy Now. Een studie die zich op filosofische manier ontfermt over hedendaagse problematiek. Vooral politieke filosofie trekt mij enorm. Ik ben pas sinds dit jaar lid, omdat ik mijn bacheloropleiding heb gedaan aan de Radboud Universiteit in Nijmegen. Hier heb ik, met drie medestudenten, in 2021 de allereerste studenten schaakvereniging opgericht: SSVN Tussen de Torens (Ik weet niet of ik reclame mag maken voor andere schaakverenigingen, maar ik ga er niet vanuit dat iemand zich daar nu gaat aansluiten!). Na daar nu 3,5 jaar in het bestuur te hebben gezeten tijdens mijn bachelorstudie, werd ik hier op 20 september uitgestemd. Omdat wij studenten zijn lag bij ons de voorkeur vooral bij het snelschaken (15+10) voor de interne competitie. Het afgelopen jaar heeft de vereniging echter voor het eerste 'extern' geschaakt, en werd ik met ons eerste team kampioen in de vijfde klasse. Een prestatie om trots op te zijn!

Toen ik naar Rotterdam ben gekomen wilde ik meer klassiek gaan schaken, en waar beter dan hier, bij SV Erasmus. In mijn vrije tijd spendeer ik veel tijd aan schaken, nog meer dan mijn jeugdhobby voetbal (dit speel ik nog altijd bij de studenten voetbalvereniging Antibarbari). Ik volg graag allerlei internationale toernooien (Tata Steel, de Olympiade, het Kandidatentoernooi en natuurlijk straks het wereldkampioenschap (ik ben groot fan van onder andere Ding Liren, al denk ik dat Gukesh de wedstrijd zal winnen), en probeer mezelf aardig te verbeteren. Voor het komende jaar wil ik graag nog een stuk scherper zijn in tactische stellingen, en ik wil graag mijn kunnen in de eindspelen verbeteren. Goed, dat over mezelf. Ik wil graag nog even melden dat ik enorm geniet tot nu toe van de sfeer, en de vriendelijke ontvangst die ik heb gekregen van alle spelers op de clubavond. Dank jullie wel! Dan over mijn partij van afgelopen week.

Afgelopen maandag was mijn tweede klassieke schaakavond sinds ik me heb aangesloten bij SV Erasmus. Nadat ik vorige week na een mooi duel verloor van Martin (Rensen) was ik op zoek naar eerherstel. Ik ben de laatste tijd wat aan het experimenteren met openingen, en het leek me leuk om Siciliaans te spelen in een klassieke partij.

In de Sveshnikov maakte mijn tegenstander al vroeg een merkwaardige beslissing door niet te gaan voor het meest gebruikelijke 6. Pdb5. In plaats daarvan overwoog hij Pf3 om een meer strategische partij te krijgen. Kort hierna kon ik een pion winnen, maar omdat ik de nuances van de positie nog niet goed kende, en ik niet te ver achter wilde lopen in mijn ontwikkeling, besloot ik om een spannende middenpartij in te gaan. Hierin liet ik mijn lichtveldige loper slaan voor zijn paard om open lijnen te krijgen voor mijn torens, dit bleek te werken. Na veel en lang druk zetten wist ik een pion te winnen. Dit kostte me echter wel het initiatief, en ik was bang dat mijn mindere structuur me op den duur zou straffen. Langzaam maar zeker kwam mijn tegenstander meer in de partij, en toen alles op een einde leek te komen vond ik een mooie zet die je zelf kan vinden in de stelling hieronder.

Jazeker, na pion naar d5 kon ik wat druk terug zetten. Ik heb nog niet gecontroleerd met een computer of dit daadwerkelijk ook goed is (dit lees ik nadat ik mijn analyse nog doe), maar voor het moment voelde het aan als mijn enige zet. Na deze zet kon ik zijn toren en loper beide terugdringen, en had ik een sterk pionnencentrum. Ik moest een dameruil ingaan om mijn pionnen bij elkaar te houden met een (zoals ik zelf evalueer) beter eindspel, maar omdat mijn tegenstander mijn dame niet sloeg - en zijn eigen dame verdedigde om terug te pakken met de toren - kon ik zijn koningsvleugel oprollen. Kort hierna won ik genoeg materiaal voor een opgave. Mijn eerste winst als lid van SV Erasmus was een feit!

Jesse de Jong - Cander Flanders

Jesse vertelde: De partij begon goed, ik speelde voor het eerst een opening die ik al een tijdje wou spelen: de Magnus Sicilian. Hij speelde de zet h5 om met zijn loper met dame aan te vallen, alleen maakte dat zijn koning erg onveilig als hij kort zou rokeren, dus toen hij kort rokeerde dacht ik dat ik er erg goed voor stond, dat ik aan het winnen was. Dat gevoel had ik vanaf dat moment de hele partij.

Tijdens mijn aanval werden er stukken geruild en uiteindelijk ook de dames. Door de ruil van dames werden er veel stukken geruild en bij zet 32 maakte hij een fout met Pf4, want toen kon ik en Lc5+ spelen en dan zou ik zijn toren in de hoek winnen, alleen zag ik dat niet. Uiteindelijk kwamen we in een eindspel waar hij een paard had en ik drie pionnen. Ik wist dat dat een winnend eindspel was, ik wist alleen niet hoe, maar uiteindelijk was het gelukt.

Kijk hier voor alle uitslagen en de stand in de voorronde van de interne competitie.

Ziezo, toeval of niet, ik wilde net stoppen. Genoeg te lezen denk ik zo. Veel schaakplezier bij ronde 3! Dat u het resultaat mag krijgen dat u verdient.

Jaap van Meerkerk