Verslag van de plechtigheid

Zoals eerder geschreven is op woensdag 30 oktober een Stolperstein gelegd voor het huis waar Ephraïm de Haas laatstelijk in vrijheid woonde.

Plaats en tijd had ik in overleg met de familie niet vooraf bekend gemaakt om er zo goed als zeker van te zijn dat de plechtigheid ongestoord zou verlopen. Treurig natuurlijk dat deze voorzorgsmaatregel nodig was.

Mede omdat ik er niet bij kon zijn, heb ik enkele van onze leden voor de plechtigheid uitgenodigd. Hans Brobbel en Ruud Neumeijer waren aanwezig. Dank daarvoor. Ruud schreef me hierover onder meer het volgende.

Stolpersteine zijn gedenkstenen, sinds 1992 gemaakt door de kunstenaar Gunter Demnig, messing steentjes waarmee de slachtoffers van het nationaal-socialisme rond en tijdens de Tweede Wereldoorlog worden herdacht. De messing Stolpersteine worden daarvoor in de stoep geplaatst voor de laatste (vrij gekozen) woning van de slachtoffers. Op elk messing steentje staat de naam van één slachtoffer. Daaronder staan het geboortejaar, plaats en datum van arrestatie door of namens het regime. En als laatste de plaats en datum waar het slachtoffer werd vermoord of is overleden. Aldus de website van de Stichting Stolpersteine, waar veel meer informatie is te vinden over deze ‘struikelstenen’.

Eén van de verenigingen die een onderdeel vormen van de vereniging waaruit de huidige schaakvereniging Erasmus is ontstaan is de Nieuwe Rotterdamsche Schaakvereeniging (N.R.S.V.). Deze vereniging had een bestuurslid Ephraïm de Haas, die in 1941 noodgedwongen zijn bestuursfunctie moest afstaan omdat hij joods was. Hij was een begenadigd speler. Na zijn gedwongen vertrek heeft de vereniging Ephraïm de Haas direct benoemd tot erelid. Later is hij te werk gesteld in een werkkamp, vervolgens gedeporteerd naar Westerbork en korte tijd later naar Auschwitz waar hij op 22 oktober 1942 is vermoord.

Samen met Hans Brobbel heb ik Erasmus vertegenwoordigd bij de plechtigheid. We waren toeschouwers bij het ‘leggen’ van de stenen, hoorden speeches over Ephraïm de Haas en hebben gesproken met familieleden. Er werden twee stenen gelegd. De andere steen was voor zoon Mozes de Haas. Het gezin De Haas (man, vrouw en drie zonen) woonde in de Schepenstraat 78A (voor de niet-Rotterdammers, dat is in Blijdorp, zijstraat van de Schiekade).

Onze aanwezigheid werd zeer op prijs gesteld vertelden zijn aanwezige kleindochter en kleinzoon. De steen naast die van Ephraïm is, zoals gezegd, voor zijn zoon Mozes. Nadat Nederland was binnengevallen, Rotterdam was gebombardeerd en het land zich had overgegeven, heeft een deel van de familie een zelfmoordpoging gedaan op 15 mei 1940. Mozes overleed toen. De rest van het gezin heeft de oorlog overleefd.

Van de zonen waren twee kinderen bij de plechtigheid, één kleinzoon woont in Nederland, zijn nicht woont tegenwoordig in Israël. Haar broer, ook woonachtig in Israël, kon er door gezondheidsproblemen niet bij zijn. Ik vond het een eer om hierbij te mogen zijn.

Aldaar kwamen Hans en ik ook Teun Koorevaar tegen. Teun zegt de familie op het spoor te hebben gezet van welke vereniging N.R.S.V. tegenwoordig een onderdeel is. Hij heeft zich ook verdiept in de schaakgeschiedenis van Ephraïm de Haas. Met hopelijk binnenkort daarover een stuk. Ik kijk daar bijzonder naar uit.

Tot zo ver het verslag van Ruud Neumeijer. Teun Korevaar heeft zijn bijdrage ‘Struikelstenen voor Ephraïm en Mozes de Haas’ inmiddels gepubliceerd. Zeer ter lezing aanbevolen.

Hieronder twee partijen van Ephraïm de Haas. Ik heb de zetten ontleend aan de herinnering van L.G. Eggink in het eerder door mij genoemde boek ‘Partij verloren …’ Het hoofdstuk over Ephraïm de Haas is me toegezonden door Lode Broekman die dat boek (naast vele andere bronnen) gebruikt bij een project voor de Amsterdamse Schaakvereniging VAS, waarbij alle tijdens WOII omgekomen leden een plek krijgen op de website. Dit project, de 36, zorgt ervoor dat zij niet vergeten worden. Een overzicht van de 36. Indrukwekkend.

Leo Verhoeven