Om acht uur klonk de gong en konden 20 zwartspelers de klokken van hun opponenten in werking stellen. Kortom: ronde 2 der finales was begonnen!

Twee wedstrijden in de A-finale, met winst voor de zwartspelers Eric Hoogenes en Jesus Canedo. Laatstgenoemde nodigde ik uit voor een verslag. Slechts één wedstrijd in de B-finale, met winst voor Dick Straathof. Lees zijn verslag.

Voor de C-finale werden 17 wedstrijden gespeeld. Spraakmakend zijn natuurlijk de opvallende uitslagen. Die komen als vanzelf bij de indelingen op rating uit de eerste twee ronden. Ik kijk dan naar ratingverschillen van 200 of meer. Paul Wilhelm wist te winnen van de winnaar van de C-groep van vorig seizoen, Andrzej Pietrow. Eveneens opmerkelijk was de winst van Aad van Dop tegen Alik Tchavelachvili.

Ook de remises van Gunnar van Eekhout (mooie en spannende pot weer, Gunnar!) tegen ondergetekende, van Jan-Kees Meyboom tegen Joop van ’t Hoenderdaal en die van Ben Koppenens tegen Jan de Korte vielen op.

Donkeredagendip

Nieuw woord, ik meld het maar even. Wie van zo’n dip last meent te hebben zet ik al gauw weg als zeurpiet. Maar of dat terecht is…? Mijn gedachten schieten heen en weer. Hóe dan, donkeredagendip. Na de sfeer van sinterklaas, de kleur van het kerstlicht, en de oliebollen van oudejaarsavond, is de gezellige decembermaand al weer verleden tijd en is daar het donker van januari. Voor veel schakers betekent dat ook het verlangen naar het schaaktoernooi van Wijk aan Zee. Naar de mooie en spannende partijen.

Mentaal weerbare Erasmianen tijdens TSCT!

Ik was van plan woensdag naar Wijk aan Zee te gaan om mijn clubgenoten daar aan te moedigen. Omdat me dat niet ging lukken zocht ik ze op via sociale media. Eerst belde ik een uurtje voor de wedstrijd de man die de afgelopen 187 dagen aftelde om weer naar het Wimbledon van het schaken af te mogen reizen, Harry Stroosma. “O, wat leuk dat je belt, ja ik zit net een appel te eten in de Banjaert (uiteraard dacht ik) samen met de schaakvrienden.” Of hij die appel at, geen idee. Waar het me om gaat is de sfeer die ik via mijn mobiel vanuit de Banjaert opsnoof. Harry ademde die sfeer als de modus operandi van de Banjaertschaker. Je moet naar me zwaaien Harry, ik zit in de camera ergens boven de erwtensoep.

Een uurtje later zag ik hem als eerste van groep 6D achter zijn bord plaatsnemen. En terwijl hij met zijn rechterhand met zijn notitieboekje bezig was, maakte hij met links een geweldige armzwaai achterwaarts omhoog, richting de plek waar de erwtensoep wordt verkocht, en nog net niet in het gezicht van iemand die ik al eerder als Peter Weeda 5H, rondscharrelend door de schaakarena, meende te herkennen. Peter, voorovergebogen, maakte een praatje met zijn clubgenoot en veteraan Harry en kletste de spanning er een beetje vanaf en sprak hem wellicht wat moed in. Ik kon er niets van horen natuurlijk, maar plotseling zag ik hem omhoog kijken, zoekend naar de camera. We zwaaiden. Hij omhoog, ik als vanzelf malloterig naar mijn laptopscherm. Er was toch niemand in de buurt…

Zes clubgenoten ploeteren, schaken, genieten, trotseren, breken, en richten zich weer op, tijdens de tienkamp in de wind van Wijk aan Zee. Ze keken er naar uit, dat is zeker. Hun verlangen naar en meedoen aan dit grootse schaakevenement is slechts één kant van het verhaal. Het genieten staat volop in de schijnwerpers. Maar die andere kant, de mentale, wordt vaak onderbelicht.

Beseffen hun clubgenoten eigenlijk wel hoe slopend een tienkamp in Wijk aan Zee (of waar dan ook) kan zijn? En wat het met je doet? Of kan doen? En, als het ondanks alle voorbereidingen toch niet loopt zoals je had verwacht? Of als je twee wedstrijden lang geplaagd wordt vanwege het ongemak van, pakweg, een serieuze bloedneus? Als je gekweld door zelfverwijt – je hád kunnen winnen – de slaap niet vat en morgen wéér úren achtereen geconcentreerd en, wellicht mentaal niet optimaal, aan de bak moet? En weer verliest? En misschien straks wel wéér?

Een anekdote van een clubgenoot, na een remise in ronde 1. Ik had hem per mail succes gewenst na tegenvallende resultaten in ronde 2 en 4.

“Ik had besloten met de trein te gaan. Lekker rustig lezen en geen files. Fout, helemaal fout. Ik kom op station Blaak, en sta er nog niet of er komt een vertraging op de borden. Vijf minuten, niks aan de hand. 25 minuten later rolt de trein daadwerkelijk binnen. Als ie een beetje opschiet ben ik nog net op tijd in Wijk aan Zee. Maar hij blijft sukkelen en in Leiden aangekomen is de verwachte aankomsttijd in Wijk aan Zee opgelopen naar 14:20. Het is niet anders. De trein vertrekt en stopt binnen 100 meter (achteraf gelukkig nog in het station). Nu moet ie wel heel snel gaan rijden. In plaats daarvan na tien minuten zonder wat voor informatie dan ook: “U wordt verzocht allen uit te stappen, deze trein gaat niet verder.” Het zit mee, de stoptrein naar Haarlem staat klaar op het andere perron, en die rijdt wel. Als ie volgens dienstregeling rijdt haal ik nog net de aansluiting in Haarlem. Maar net voor het binnen rijden van station Haarlem, pauzeert hij even. Dan rijden we weer, maar zie ik de trein naar Beverwijk vertrekken voor we stilstaan. Dan maar de taxi genomen. € 65 later stap ik om 14:15 uur bij de Mondriaan uit. De uitslag van die partij zal je niet verbazen. En het zal je ook niet verbazen dat de rest van het toernooi de auto de voorkeur krijgt. Maar om positief af te sluiten: Dit soort zware partijen geeft me het spelplezier weer terug en de honger naar de boeken.”

Hier is Leo aan het woord, ónze Leo de Jager uit de sterke groep 3A!! Geweldig zoals hij er mentaal juist sterker uit blijkt te komen! Ik geef het u te doen! Het is nu donderdag, dus nog drie partijen te gaan…

Bijdragen van onze leden met deze week dank aan Paul Wilhelm, Ben Koppenens, Dick Straathof en Jesus Canedo.

Finalegroep A

Pieter Sturm – Jesus Canedo

Jesus mailde: Het was een partij met wisselende kansen waarbij ik vanaf de opening veel moeilijke beslissingen moest nemen die me te veel tijd kostten. Hierdoor had ik een grote tijdachterstand, waarbij Pieter als ik het me goed herinner, nog meer dan 50 minuten over had toen ik al onder de minuut kwam. We kwamen in een gesloten stelling terecht, maar met een eigenlijk incorrect pionoffer werd de boel helemaal open gegooid.

Pieter deed het niet helemaal goed waardoor ik gewonnen kwam te staan, maar ik door gebrek aan tijd een aantal keer een directe winst heb gemist. Ik won wel een kwaliteit, maar wit had drie pionnen meer. Op het moment dat wit eigenlijk net iets beter kwam te staan blunderde hij en kon ik de kwaliteit teruggeven in ruil voor een winnende aanval.

Finalegroep B

Marcel Tillemans - Dick Straathof

Het verslag is van Dick: Het was vanaf het begin tot het einde een boeiende partij tegen Marcel Tillemans met wisselende kansen. Ik had in het begin vanuit de opening al winstkansen maar zag de beslissende zet niet. Daarna kwam ik in de verdrukking en gaf een stuk tegen een paar pionnen om nog mee te kunnen doen. Aan het einde deed ik een zet waarmee het er uit zag als mat en ik kreeg de felicitaties van Marcel. Door de omstanders werden daarna verbeteringen voorgesteld die aan de laatste fase vooraf gingen en was de slotstelling al snel van het bord verdwenen. Pas thuis zag ik dat het toch geen mat was maar dat ik wel gewonnen stond. Omdat ik in tijdnood was en steeds binnen de increment van 15 seconden moest zetten had Marcel nog wel even door kunnen spelen.

Finalegroep C

Paul Wilhelm - Andrzej Pietrow

Paul deed verslag: Na zo’n 10 zetten stond er een symmetrische stelling op het bord: wit met Konings-Indisch in de voorhand, zwart met gewoon Konings-Indisch met een tempootje minder. Eigenlijk oude koek, ontwikkeld rond 1953 (zie Bronsteins boek)]. Nog wel gespeeld door Grishuk en anderen rond 2010. Zwart moest er alleen op letten dat de diagonaal a3-f8 geen problemen op ging leveren op veld d6. Andrzej speelde zijn pion niet op naar d5, waarna een flinke ruil gekomen zou zijn met dynamisch gelijkspel. Hij speelde zijn paard naar h7 en toen sloeg wit op e5. Keuzes, keuzes: of een gat op d6, of een achtergebleven pion daar.

Nog niet heel veel aan de hand, maar na de zwarte pionzet c5 kreeg wit flinke aanknopingspunten met zijn paard op d6. Even later kwam de zwarte dame wat krap te staan en toen zwart die liet ruilen won wit of een pion of een kwaliteit. In beide gevallen met flink voordeel. Er dreigde nog wat pionnen te vallen en toen staakte zwart de strijd.

Ben Koppenens - Jan de Korte

Ben deed verslag: Zwart koos de Scandinavian Defense. Daar heb ik wel wat van gezien dus ik wist de basis. Vanaf zet 10 a 12 had ik een fraai centrum met hier en daar wel mogelijkheden om zwart lastig te vallen. Maar ik probeerde toch solide te spelen. Ik rokeer vaak (te) laat en kom dan in de problemen. Er werden veel stukken geruild en bij zet 20 probeerde ik een dame-ruil te forceren. Dat lukte en ik dacht: het ziet er wel remiseachtig uit. Zwart kwam nog gevaarlijk bij de koning in de buurt, maar na 26. Pxh4 was die aanval volgens mij gestopt.

Het zwarte paard op c4 oogde gevaarlijk maar kon niet echt overtuigen. De twee torens op de g-lijn kwamen ook net te kort. Er zat een zetherhaling aan te komen; mijn remiseaanbod werd op zet 35 geaccepteerd. De tijd was ook wel een factor, weer een lange partij want zwart zat rond de 10 minuten bij de eindstelling en wit plusminus 15 minuten. Vergeleken met vorige week een veel nauwkeurigere partij met 91% voor beide kleuren. Wederom ben ik gezien het verschil in rating ik tevreden met het resultaat.

Zo dat was het weer voor deze ronde. Op naar de derde finaleronde! Kijk hier voor de uitslagen in finalegroep A, finalegroep B en finalegroep C.

Jaap van Meerkerk